23 december
Je moest eigenlijk maar één keer centraal kerstfeest kunnen vieren. Nu wordt het zo versnipperd, en ik geloof dat sommige dominees er meer dan genoeg van krijgen. Dat is toch zeker de bedoeling niet van onze gang naar de Kribbe, zoals dat in moderne preken heet.
Toch was ons kinderkerstfeest mooi. Kinderen en licht horen nu eenmaal bij elkaar. Er is niets zieliger dan twee kleine kinderen in het lantaarnlicht van een grote stad te zien schuifelen.
Het feest verliep goed. Altijd weer moet ik mijn stem in bedwang houden als ik lees van de herders die in dezelfde landstreek waren en die de nachtwacht hielden over hun kudde. En als dan het oude ‘de herdertjes lagen bij nachte’ opklinkt, dan... ik kan haast wel zeggen, dat ik dat een van de hoogtepunten van mijn werk vind.
Dat hebben wij ze mogen vertellen, dat versje hebben ze geleerd en ze weten wat het betekent. Evenzo als ze weten dat Jezus zegt, dat 't zo donker is, overal op aarde zonde en droefenis...
Ik bewonder Luiten, die het kerstverhaal vertelde. Want dat moet zo iets zijn niet voor ‘van acht tot tachtig’, maar van drie tot tachtig, want sommige opoes komen luisteren. Ik moet altijd aan die moeders denken, die hun kleintjes naar Jezus brachten, als ik ze binnen zie komen.
Kerstfeest met kinderen, het is altijd een groot ontroerend gebeuren. Ik geloof dat veel mensen in moeilijkheden getroost zijn door de herinneringen aan de kerstvieringen uit hun jeugd. Luiten vertelt rustig, een beetje saai soms, maar hij heeft de hele kerk onder zijn ban.
Aan de uitgang was er even een incident. Marjan