- U bent niet meer boos op me hé, ik mag toch van u terugkomen, nietwaar?
- Natuurlijk meiske, je weet wat we afgesproken hebben, als jij weer terugkomt gaan wij weer een boom plakken en scheuren, een mooie.
Jettie leefde zichtbaar op. Je kon zien, dat ze dit geweldig leuk vond. En ze begon uit eigen beweging te vragen naar Steeffie Goossens en de andere kinderen van haar klas. Toen kwam de dokter binnen.
Die maakte een paar grapjes met Jettie en vroeg of ik, als het bezoekuur afgelopen was, even bij hem kwam.
Toen ik bij de dokter in de spreekkamer zat, en hij me het droeve relaas deed van dit kind, begreep ik alles pas goed. Jettie Korver was niet alleen geestelijk in de kou gezet. Haar vader en moeder hadden haar een totaal verstarde opvoeding gegeven. Ze mocht niets en ze kreeg niets en ze moest (dit werd haar op haar vijfjarige leeftijd al ingeprent) dankbaar zijn, dat zij zulke nette kleren had, die ze dan ook niet vuil mocht maken, dat haar vader en moeder zulke nette mensen waren. Zo'n kind zou uit louter reactie de breeveertien opgaan, zei de dokter. Jettie Korver was bovendien ook ondervoed, of liever gezegd verkeerd gevoed. Je kon mevrouw Korver natuurlijk niet verwijten, dat ze haar kind honger liet lijden, maar fruit, melk en dergelijke nuttige zaken werden zeer spaarzamelijk gegeven, en ze dweepte met wittebrood en aardappels met goede gare groente. De gevolgen waren niet uitgebleven. Het is misschien nog maar een geluk, dat zo'n kind gevallen is, vond de dokter, want in het ziekenhuis hadden ze pre-T.B. ontdekt, waar Jettie anders tot aan de lagere school mee doorgelopen zou hebben.
En nu is ze met een maand of drie verpleging in een koloniehuis boven jan.
Ik was natuurlijk blij, dat ik dit hoorde, maar zijn