De avondlamp(1850)–Maria Doolaeghe– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 129] [p. 129] Bouwkunst. Niet langer staet in 't woud, Van schamel leem gebouwd, De kleene hut, Die schaers beschut Voor koude en regenvlagen. De Belg leeft vol behagen In 't steenen huis, Dat stroomgebruis En woesten storm kan tergen En stille rust verbergen. De steden klommen op Met kerk en torentop, En overal In dorp en dal [pagina 130] [p. 130] Wil zich beschaving zetten, By vryheid, orde et wetten. De Bouwkunst rees En schiep, en wees Den weg aen kunst en vinding Ter nutte stamverbinding. Paleizen ryzen hoog, Met stoutgeslagen boog. Hun trotsche kruin Staet als de duin Die buigen kan noch zinken. In orde en eenheid blinken Vernuft en smaek, En zinvermaek Ontluikt uit al dat pralen Van galery en zalen. De geest die u ontsteekt En in uw plannen spreekt, Is door den Heer, 't Vernuft ter eer, U, Bouwkunst, ingedreven: Zyn templen staen verheven Vol majesteit Door uw beleid. Daer knielen wy bewogen, Verbaesd door uw vermogen. Vorige Volgende