[VIII]
MACEDONIË IS BERGLAND. DE HOOGSTE TOPPEN reiken tot 2700 m. De sneeuwval is heftig, maar de lente komt vroeg. Dan, in april en mei, bestraalt een Helleense zon de kleurigste landschappen van heel Joegoslavië. De bergtoppen blinken wit tegen een diepblauwe hemel. Het smeltwater buitelt in lichtende watervallen langs hellingen van rode aarde. Rond boerenhuizen van bruine leem, met helgeel riet gedekt, fluistert het jonge groen van zilverwitte populieren. Zwarte buffels en witte schapen worden gehoed door herderinnen, gekleed in witte wol, versierd met vlammend rood borduursel. Bij het begin van de zomer reeds heeft de zon de bloemen verbrand. Rond okergele heuvels wervelt het stof. Alleen de bergweiden blijven groen. Daar liggen dorpen als Galičnik, waar met St. Pieter een massahuwelijk gevierd wordt met driedaagse ceremoniën van vijf eeuwen oud; heidendom en christendom zijn erin verstrengeld. In de vlakten tussen de bergketenen en in de rivierdalen gedijen oriëntaalse gewassen: opium, rijst, katoen. Hier was het, dat Alexander de Grote zijn aanloop nam voor de gedurfde sprong naar Indië. De Via Egnatia, de handelsweg van het keizerlijke Rome naar Byzantium, liep door Zuid-Macedonië, langs Ohrid, dat de oude mijlpalen in zijn museum bewaart. Twee eeuwen vóór Christus doopten de Grieken het met de naam ‘Lychnidos’, de lichtende stad. De eerste apostelen der Slaven, Cyrillus en Methodius, togen erdoorheen op weg naar Moravië. Aan dit stralende bergmeer bouwden hun leerlingen Kliment en Naum eind 8ste eeuw de oudste theologische universiteit van Europa. Na kortstondige bloei van Zuidslavische keizerspracht kwamen de Osmanen in duistere gierenzwerm. In 1903, in de bloedige opstand van Ilinden, werd in Kruševo de idee geboren van het huidige federale Joegoslavië. Want Macedonië is vanouds volkerenmengsel en kruispunt van culturen.
Een generatie geleden nog was Macedonië synoniem met malaria en analfabetisme. Thans streeft het driftig vooruit en de malaria is geheel bedwongen. Maar nog steeds gaat het leven er langzamer dan elders. Langzaam stromen de rivieren. Langzaam wiegen de boerinnen in geborduurde jakken door de winkelstraat van Skopje, zich vergapend aan de stijlloze fabrieksprodukten, die langzaam de statige oude levensstijl verdringen. Langzaam stappen de ossen voort onder hoge bergwanden, die watergefluister weerkaatsen en oeroud herdersgezang.