Grenzen(1929)–N.A. Donkersloot– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 55] [p. 55] De Verschijning Het was stil in den middag. Met het loome, langzame bewegen van een zieke had hij zich opgericht en het vernomen, een ruischen licht als kleine vogelwieken, en hij wist nauw'lijks meer of het zijn droomen waren, maar er was overal muziek en het was of iemand was binnengekomen en zich fluisterend boog over den zieke - Hij leunde nu al zwakker achterover en een luisterend glimlachen verscheen om de witte lippen, en dwaalde over de stervende dingen om hem heen, maar de lichte gestalte tegenover hem wenkte en samen zweefden zij heen. Vorige Volgende