Weet ik veel
Ik speelde alleen op straat toen Tom, de hond van de buren, op mij toe kwam en links en rechts langs mij heenstreek. Hij sprong overeind, sloeg de voorpoten om mijn lichaam en met de tong uit de bek omhelsde hij me, onderwijl schokbewegingen makend.
‘Tom, houd je zoveel van me?’ zei ik, ‘je neemt me compleet in je armen! En ik ben ook gek op jou hoor, Tommie, je bent altijd lief voor me.’ Ik drukte mijn gezicht tegen zijn snuit. Hij likte me en drong steeds dichter op mij aan. Een vrouw gaf Tom een trap en hij liet mij los...
Waarom doet zo'n vrouw dat? Tom houdt van me, elke keer als hij me ziet is hij blij, en ik ook.
Ik ging in onze stoep liggen. Tom kwam weer op mij af en knuffelde zich tegen mij aan; ik nam zijn grote kop in mijn armen en drukte hem tegen mijn borst. Maar plotseling sprong hij brullend weg - mijn vader had hem met de zweep geslagen. Tegen de vrouw die Tom had weggejaagd, zei hij: ‘Het kind zit de hele dag met onze teef te spelen, die loops is; het beest ruikt dat natuurlijk.’
Ze begonnen te lachen en ik moest van vader naar boven komen. Wat gemeen! Vader wil ook al niet dat Tom mij in zijn poten neemt en likt! Van hem mogen wij elkaar ook al niet aanhalen! En waaróm niet? Moeder en hij hebben geen tijd om 's lief voor mij te zijn, nooit en te nimmer zullen ze mij eens in hun armen nemen. Mag dan niemand van mij houden, mag dan niemand een beetje met me vrijen? Ik zou zo graag eens een hele dag lang bij vader of moeder op schoot zitten, maar moeder loopt altijd met de baby en vader gaat meteen slapen als hij thuiskomt, dus niemand knuffelt