En toen en toen en toen. Spelen met woorden, lezen, schrijven en tekenen met kinderen in Suriname

[p. 31]

[6]

En toen en toen en toen
Rolde ik weg op een meloen

Eén grote watermeloen
Bracht me tot in dromenland
Ik werd wakker in savannezand

De oude schrijfster was heel tevreden over haar versje en ging snel over de dromen van de kinderen lezen.

Ik heb gedroomd dat ik een prinses was en ik was heel blij toen ik op een versierde stoel zat met mijn kroon op mijn hoofd.

Er waren veel mensen bij om te kijken hoe ik de kroon op mijn hoofd zette.

En vanmorgen heb ik een beetje gedanst voordat ik hier kwam.

Romana

[p. 32]

Ik ging slapen en ik ging dromen over mijn klasgenoten. En ik droomde dat wij in Flamboyantpark waren en wij gingen lezen en leuke spelletjes doen en nog veel meer. En mijn droom was waar.

Kijk, wij zijn gekomen.

Mavis

Dat wil de schrijfster even uitleggen:

het Flamboyantpark is een park waarin Kinderboekenfestivals worden gehouden en een flamboyant is een plant met mooie rode bloemen

Ik had gedroomd dat ik in Amerika was en dat ik de beste zanger was in Amerika. Ik ging op reis naar alle landen om te gaan zingen en om te gaan dansen met die vrienden van mij. Ik ging wonen en zingen en dansen in het landBrazilië.

Lewis

Mijn droomhuisje moet wit gekleurd worden aan de buitenkant en de binnenkant.

Er moeten veel vruchtbomen op het erf staan.

Als ik groot word, wil ik stewardess worden.

Angela

[p. 33]

Ik droom van een huis, een mooi huis met bloemen, vazen, zwembaden en ook met vissen.

We spelen op het erf en plotseling regent het en er komt bliksem.

‘Stop de regen!’

En we spelen door. Als het avond is, gaan we baden, eten en televisiekijken.

Dan gaan we slapen.

Gaijtrie

Ik heb echt iets heel spannends meegemaakt.

Weet jij wat dat is?

Wel zo gaat het: Ik was met mijn nicht (ze had haar rijbewijs pas gehaald) naar Saramacca gereden.

Een man die stopte ons en stapte zomaar in.

We vroegen hem waarom hij was ingestapt.

Zijn antwoord was: ‘Hoef je niet te weten.’

We reden door en de man zei dat we in een klein, smal zandweggetje moesten gaan.

We gingen daarin en zagen een huis.

De man zei: ‘Stop hier.’

We stopten, hij stapte uit en ging het huisje in en kwam na 1 minuut naar buiten. Hij vloog naar boven.

Van boven begon hij te schieten.

Ik schrok mij een hoedje en sprong rechtop.

En toen was ik in mijn bed.

Wow, wat een droom!