Verzamelde werken. Deel 3. Proza-gedichten(1920)–Lodewijk van Deyssel– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 62] [p. 62] CVII Vreeslijk aardig, in de laagte, komt prettig-gaan-eten tot mij, met een bizóndren glimlach. Ik heet hem welkom en zie er naar als naar de bloempjes in het dal. Vorige Volgende