294
28 september 1904
Scheltema & Holkema aan L. van Deyssel: ‘In antwoord op Uwe letteren van
26 Sept. moeten wij er U aan herinneren, dat wij in Uwe tegenwoordigheid den
heer Mr. Biederlack telephonisch verzochten, voorloopig geen contract op te
maken, omdat U teruggekomen waart op de eerste afspraak. Zoolang door U geen
grondslag is aangenomen, laten wij den Heer B. geen contract opmaken en wenschen
wij geen onkosten te hebben.
Wat het honorarium betreft, blijven wij bij ons voorstel van ƒ500.- en dat te
meer, nu wij juist een belangrijk deel der porti voor onze rekening nemen en
buitendien nog reiskosten voor den Heer Hijner te betalen hebben.
Wij hebben nog een voorstel te doen betreffende het tantième. Dit voorstel is:
ƒ600 (of ƒ100 meer dan ƒ500) zoo gauw het debiet 800 Exx. heeft bereikt en
vervolgens drie gulden voor elk exemplaar boven de 800.
Die controle moest U niet zoo op den voorgrond schuiven, na al de jaren die gij
met ons in relatie zijt, dat is stuitend. Ongetwijfeld toch zal de Heer
Biederlack dat in zijn contract wel opnemen.’