De briefwisseling tussen Lodewijk van Deyssel en Albert Verwey
(1981-1986)–Lodewijk van Deyssel, Albert Verwey– Auteursrechtelijk beschermd70Bergen-op-Zoom, 17 Oktober 1889 Kremerstraat, 300 -
Amice, Niet alleen, dat het me bereikt maar het bereikt me tot in het hart van mijn vriendschapsbewust-zijn en doet mij duidelijker nog dan ik het al deed merken, dat ik mij aan een grove onoplettendheid heb schuldig gemaakt door je al niet eerder, van mijn nieuw verblijf uit, te bedanken voor de mij aangename uren, die ik in Amsterdam van-de-zomer in je gezelschap heb mogen doorbrengen. Ik woon hier nu twee maanden en heb twee periodes achter den rug, die van hagelende installatie-drukten en die van klaustrale zelf-meditatie en -herwinning.Ga naar voetnoot175 Beide zijn excessief geweest en hebben mij totaal geäbsorbeerd. Van daar mijn ongemanierdheid. Maar wees zoo goed en zeg me: hoe maak je het? In den laatsten N. Gids heb ik | |
[pagina 119]
| |
gezien, dat je Verzamelde Gedichten gauw zullen verschijnen. Wil mij daar iets over melden en ook of 't díe zijn, die ongedrukte, die je me hebt voorgelezen, niet alleen die, waarin roode papavers, Goethe en VoltaireGa naar voetnoot176 komen, maar ook die vroegere, waarvan je tóen nog niet wist òf je ze wel spoedig al uit zoudt geven. Ik ben zeer verlangend naar je bundel. Maar ik kan alleen door je zelf weten of en wanneer hij er is, want ik lees geen-een koerant of iets van dien aard. | |
[pagina 120]
| |
Ik voor mij doe niets dan lezen en schrijven. ‘Eline Vere’, die roman van Louis Couperus, heb ik nu nog eens overgelezen, met het idee er iets voor de volgende aflevering van den N.G. over aan te bieden.Ga naar voetnoot177 Ik kan je dat aanbevelen. Het is zeer ontroerend. Ten minste ik geloof niet, dat een preek mij zoo zoû aandoen. Ik hoop nu spoedig van je te hooren, dat je mijn onbeleefdheid op rekening der sociale en moreele revoluties van mijn wezen stelt, en nieuws van je en over je, dat je me wel wilt meêdeelen. Voords zal je, als je je vrienden in Antwerpen op-zoekt, wel zoo goed zijn langs hier te gaan, want ik woon wel lang niet in de relatieve weelde die mij in Luxemburg omringde, maar mijn oude meubels druipen van emotioneele herinneringen die tegen mijn oogen aankomen en mijn kout misschien nog al zullen doen bloeyen.
Karel Alberdingk Thijm |
|