De briefwisseling tussen Lodewijk van Deyssel en Albert Verwey
(1981-1986)–Lodewijk van Deyssel, Albert Verwey– Auteursrechtelijk beschermd50Luxembourg Belge Mont-lez-Houffalize 27 Oktober '88
Amice, Le Rêve, jawel hoor, ik heb 'et te pakken.Ga naar voetnoot119 Ik heb er al vier foliobladzijden over af. Le Rêve heeft me een aandoening gegeven van een zoo violente intensiteit, dat ik geloof dat die aandoening er een van een hoogere soort zelfs was, dan die ik tot nog toe kende. Ik voelde, - dit is geen fantazie, maar direkte fyzieke waarneming - mijn heele lichaam als in een gloeyend waas, als-of de ‘geest-drift’ mijn heele vel had doortrokken. Daarin heb ik veertig uur voortgeleefd. Ik heb trouwens die lichamelijke emotie precies beschreven in mijn artikel.Ga naar voetnoot120 En het werk als werk, - ja, goeye morgen, daar is mijn emotie al weêr, daar is geen analyzeerend ontkomen aan. Je bent door den bliksem getroffen of je bent 'et niet, hoeveel scherpzinnige gedachten over elektriciteit of je ook in je kop heb.
Juffrouw Lina, van Emants,Ga naar voetnoot121 heb ik ook gelezen; nu ja, dat was natuurlijk een niet-wijs-vrijster-ondernemen van me na pas Le Rêve in me te hebben; maar toch, dat ik, in deze omstandigheden, het boek heelemaal uit heb kunnen lezen,... ja, ik vind Juffrouw Lina een zeer verdienstelijk boek, het beste in zeker opzicht van Emants; hij heeft ook, ofschoon zijn ‘stijl’ anders leelijk is, moderne elementen hierin gebracht, dat heel aardig is voor een auteur, die al veertig jaar is. | |
[pagina 85]
| |
Albert Verwey in 1888
| |
[pagina 86]
| |
Handschrift van het Opdracht-sonnet dat slechts in een beperkt
aantal exemplaren van Albert Verwey's ‘Van het Leven’ werd afgedrukt.
Zie noot 124
| |
[pagina 87]
| |
Krijg ik nu je ‘geen kunst, maar toch heel openhartig’. Ik verlang er zeer naar.
tt Karel Alb. Thijm |
|