latere tijd aanwijzen naarmate ze meer oostelijk van de lengtegraad van 12 uur verwijderd liggen. Een reiziger, die per vliegtuig vanuit Engeland naar het Oosten vliegt, merkt dat zijn horloge steeds meer achterloopt bij de tijd van de landen waarover hij vliegt. Over Duitsland b.v. bedraagt het verschil een uur, over de Beringzee al 12 uur, en komt hij na een vlucht om de aarde ten slotte weer naar Engeland terug dan bedraagt het verschil 24 uur, dus een hele dag. Deze dag heeft hij op zijn reis blijkbaar gewonnen. Maar als hij in tegenovergestelde richting om de wereld vliegt, dus westwaarts, dan staat zijn horloge steeds meer voor; hij moet het, om met de plaatselijke tijd in overeenstemming te blijven, aanhoudend achteruitzetten en verliest na zijn vlucht om de aarde één dag.
De stelling van de bol op onze tekening is, zoals ik al eerder zei, zo gekozen dat de 12 uur- of middagcirkel over Engeland ligt. In Amerika is het op dezelfde tijd pas ochtend en in Azië al avond van dezelfde dag. Middernacht integendeel is onder de 24 urencirkel, zo b.v. boven de Beringzee. Hier wordt ook de datum gewijzigd. Twee naburige plaatsen hebben hier een verschillende datum.
Te oordelen naar ons model van de aardbol zou eigenlijk elke plaats op aarde, die niet precies onder dezelfde lengtegraad ligt, haar eigen plaatselijke tijd hebben, die verschilt van de oostelijk en westelijk gelegen plaatsen. Dat was vroeger nl. het geval toen de klokken nog de plaatselijke tijd aangaven, zoals nu nog de zonnewijzers. Maar toen handel en verkeer de wereld veroverden kwam men er toe, om een eenheidstijd in te voeren voor grotere gebieden waar dezelfde tijd van kracht is, en die van het naburige gebied met een uur afwijkt. Fig. 3 is een wereldkaart waar de gebieden, die een verschillende tijd hebben, door heldere en donkere strepen van elkaar gescheiden zijn. Ook hier is de voorstelling zo gekozen dat het in Engeland (Greenwich) precies 12 uur op de middag is. De aan de voet van de kaart getekende lokken geven de tijd aan van de door strepen aangeduide aardzones. Het merkwaardige van deze kaart is, dat de strepen die over de zeeën bijna overal met de geografische lengtecirkels samenvallen, over het land eigenaardige afwijkingen ondergaan. Deze afwijkingen zijn het gevolg van het verkeer en de economie, want elk land moet er voor oppassen dat de begrenzing van de tijdzones niet door haar drukke verkeersgebied loopt. Laten we maar even denken aan de verwikkelingen die b.v. in het spoorwegwezen optreden, wanneer een spoorwegnet meer dan eens een zonegrens overschrijdt. De studie van het spoorboekje van zo'n gebied zou dadelijk een grote puzzle worden. Daarom was men verplicht om de tijdzones in zekere mate aan de