Ga je lichamelijke Prestaties eens na!
Je zelf kennen, je karakter en je geestelijke aanleg, dat gold al bij de filosofen van de Oudheid als voorwaarde voor de ontwikkeling van de persoonlijkheid. Van je lichamelijke capaciteit geef je je over het algemeen maar weinig rekenschap. Je doet aan sport: je loopt ski, fietst of zwemt, en in zulke takken van sport ken je je eigen grenzen wel. Omdat de bedoelde resultaten in dit geval het gevolg zijn van speciale training en vaak ook van een door oefening verworven vaardigheid, kunnen ze niet als maatstaf voor de algemene lichamelijke bekwaamheid gelden. Maar je kunt je aan een proef onderwerpen die niet op zo'n speciaal ding betrekking heeft, maar die al je lichamelijke prestaties omvat. Verder op zul je zien hoe je die proef zelf kunt uitvoeren. Uit het aantal punten dat je je zelf kunt toekennen, kun je ook de graad van je lichamelijke prestaties meten.
Omdat je van een jongen van acht jaar natuurlijk niet dezelfde prestaties kunt verwachten als van een vijftienjarige, krijgen de jongere kandidaten een voorsprong. De punten van de volgende tabellen gelden alleen voor die deelnemers die ouder zijn dan veertien jaar. Deelnemers tussen 10 en 14 jaar krijgen in alle categorieën één punt meer, die van 8 tot 10 elk twee punten meer. Je doet deze oefeningen het best met een kameraad die dan met zijn horloge de tijd meet, of met een meter de afstanden. De grotere afstanden kun
je makkelijk, aan de hand van een plattegrond of een landkaart, bepalen.
Hardlopen, over 80 m.
Vereiste tijd: |
Punten |
12 seconden of minder |
5 |
13 seconden |
4 |
14 seconden |
3 |
15 seconden |
2 |
16 seconden |
1 |
meer dan 16 seconden |
0 |