Zwart goud(1942)–Rob Delsing– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 8] [p. 8] Terworm Een hecht kasteel met een gracht er om heen en een ophaalbrug tusschen riet en struiken, aan sommige vensters verweerde luiken; en de rest van een hek - een stuk stevige steen. De zon speelt gedurfd om de ruige schuren en langs den gelen weg is een groot weideland met donkere struiken en bosschen langs den rand als op een antieke romantische gravure. De moede wind is er traag en lauw; men peinst er en men zal niet hardop praten, men is tusschen de bosschen zoo alleen en verlaten, de lucht is zoo hoog, en zoo intens blauw. Er is geen geluid, of slechts het verre schreeuwen van een vogel in de bosschen of het blaffen van den hond. Hier zweven vrome sagen en legenden rond, verhalend van het Limburg der Middeleeuwen. Vorige Volgende