Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdnarrateeEtym: Lat. narratio = vertelling, verhaal. Term uit de verteltheorie voor de fictieve lezer of toehoorder van een verhaal die in de vertelling wordt aangesproken (de zgn. aangesprokene) of kan worden verondersteld. Een narratee is altijd in een verhaal aanwezig, ook al wordt hij daarin lang niet altijd genoemd waardoor hij onzichtbaar kan blijven. In feite is de narratee daarom steeds een abstracte constructie die als het ware de auteur soms vertegenwoordigt en zijn standpunten deelt of daar een spel mee speelt. Dergelijke lezers worden ook wel ‘voorgewende lezers’ genoemd, naar het door Gibson geïntroduceerde begrip ‘mock reader’, een begrip dat overigens niet altijd samenvalt met de narratee maar ook kan duiden op een bepaalde vorm ervan. Daarmee onderscheidde Gibson deze mock reader van de implied reader. Lit: W. Gibson, ‘Authors, speakers, readers, and mock readers’ in College English, 11 (1950), p. 265-269 W.C. Booth, The rhetoric of fiction (1961), p. 138 G. Prince, ‘Notes towards a categorization of fictional narratees’ in Genre 4 (1971), p. 100-105 G. Prince, Narratology: the form and function of narrative (1982), p. 16-26.
|
|