Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdpractical criticismEtym: Eng. praktische (tekstgerichte) kritiek. Term ontleend aan het gelijknamige werk uit 1929 van I.A. Richards, grondlegger van een tekstgerichte literaire kritiek waarvan communicatie en evaluatie de pijlers zijn. In ruime zin is practical criticism synoniem van New Criticism of van Anglo-Amerikaanse kritiek in het algemeen. Door het gebruik van de term beklemtoont men zijn aversie voor theorie. ‘Practical’ criticism staat dan tegenover ‘philosophical’ of ‘theoretical’ criticism, dat veeleer zou aansluiten bij het continentale denken. Lit: I.A. Richards, Practical criticism: a study of literary judgment (repr. 1973) G.H. Hartman, ‘A short history of Practical Criticism’ in New literary history (1979), p. 495-509 H. Bredin, 'I.A. Richards and the philosophy of Practical Criticism' in Philosophy and literature 10 (1986), 1, p. 26-37 J. Bowen, 'Practical citicism, critical practice: I.A. Richards and the discipline of "English"' in Literature and history 13 (1987), 1, p. 77-94 R. Lumsden, ‘Is Practical Criticism practical?’ in Journal of literary semantics 16 (1987), p. 30-55.
|