Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Algemeen letterkundig lexicon (2012-....)

Informatie terzijde

Titelpagina van Algemeen letterkundig lexicon
Afbeelding van Algemeen letterkundig lexiconToon afbeelding van titelpagina van Algemeen letterkundig lexicon

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave




Downloads

Lexicon van drama en theater (5.97 MB)

Lexicon van de poëzie (8.51 MB)

Lexicon van de retorica (3.19 MB)

Lexicon van de verhaalkunst (6.00 MB)

Lexicon van literaire genres (18.94 MB)

Lexicon van de literatuurgeschiedenis (22.09 MB)

Lexicon van de algemene literatuurwetenschap (4.89 MB)

Lexicon van handschriftenkunde, boekwetenschap en editietechniek (23.36 MB)

XML (11.77 MB)

tekstbestand



Genre

sec - letterkunde

Subgenre

non-fictie/naslagwerken (alg.)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Algemeen letterkundig lexicon

(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

folklore

Etym: Eng. folk = volk; lore = leer, onderwijzing.

Term van Engelse makelij, gesmeed door de oudheidkundige William John Thoms, die in 1846 aan de redactie van het tijdschrift The athenaeum dit neologisme voorstelde i.p.v. de omslachtige formuleringen ‘popular literature’ en ‘popular antiquities’. Aanvankelijk betekent folklore ‘lore of the people’, d.w.z. wat het volk (mondeling) overlevert, zoals verhalen, liederen, zegswijzen, remedies, geloofsvoorstellingen, zeden en gewoonten, enz. Al deze items vormen de zgn. geestelijke volkscultuur, terwijl volksklederdrachten, huisraad, huisinrichting, werktuigen, woningen (cf. Bokrijk), enz. de materiële volkscultuur vertegenwoordigen.

Folklore-uitingen worden door een vijftal hoofdkenmerken gekarakteriseerd. Eerst is er het element mondelinge overlevering (zie orale literatuur), waarbij men denkt aan het doorgeven van o.m. verhalen en liederen van persoon tot persoon of van de ene generatie naar de andere. Dit leidt tot traditie, een ander relevant kenmerk van folklore. Als gevolg van mondelinge traditie ontstaan allerlei varianten. Tenslotte valt nog op dat folklorecreaties normaliter anoniem zijn (bijv. sprookjes, sagen, legenden) en gekenmerkt worden door specifieke vormkwaliteiten zoals begin- en slotformules.

Hoewel de term folklore zeer populair en zelfs internationaal bekend is, wordt hij niet overal aanvaard. Eerst is er het probleem dat het begrip folklore eigenlijk maar een deel van de volksculturele lading dekt, nl. wat mondeling overgeleverd wordt. De rest, zoals eten en drinken, ambachten, wandversiering e.d., valt erbuiten en zou dus niet behoren tot de volkscultuur, wat natuurlijk onverdedigbaar is. Bovendien hebben de woorden folklore en folkloristisch in de loop der jaren een negatieve bijklank gekregen (oubollig, achterhaald). Ten slotte valt folklore geenszins samen met de studie van het volksleven, alleen met diverse uitingen ervan. Om het onderscheid tussen studie en object te beklemtonen werd – evenwel zonder veel succes – de term folkloristics gelanceerd. Naar het voorbeeld van Duitsland verkiest men bij ons de term volkskunde, waaronder verstaan wordt: een vergelijkende wetenschap, die cultuuruitingen van de mens, levend in gemeenschap, diachroon en synchroon onderzoekt, met de bedoeling allerlei relaties te onderkennen (historische, geografische, psychologische, sociologische, functionele en structurele) die bestaan tussen het bestudeerde object, zijn drager en de context (de zgn. volkskundige driehoek).

Lit: S. Top, ‘Inleidende beschouwingen tot het wezen, het doel en de methodes der moderne volkskunde’ in Oostvlaamse Zanten 54 (1979), p. 129-156 • B. Toelken, The dynamics of folklore (1996) • A.J. Dekker, H. Roodenburg & G. Rooijakkers (red.), Volkscultuur: Een inleiding in de Nederlandse etnologie (2000) • S.J. Bronner (red.), The Oxford handbook of American folklore and folklife studies (2019).

folium zie blad-2 fonds-1
thematisch veld:

Algemene genre-aanduidingen
Streek- en dialectliteratuur

Klank en oraliteit
Orale overlevering

Literatuurwetenschap: disciplines, theorieën en richtingen
Algemeen: overlappende en ondersteunende disciplines

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken