Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdakmeïsmeEtym: Gr. akmè = spits, hoogtepunt, bloeitijd. Beweging in de Russische poëzie tussen 1910 en 1920 (ook adamisme genoemd). Rond het tijdschrift Apollon (1907-1919) verzamelden zich dichters als S. Gorodetski, M. Koezmin, A. Achmatova, O. Mandelstam en N. Goemiljov (theoreticus van de beweging) die zich afkeerden van de esoterische vaagheid en eigengereide suggestiviteit van de symbolistische poëzie. Zij kwamen op voor klaarheid en krachtige zintuiglijkheid in de poëzie, wat resulteerde in gedichten met compact en helder beeldgebruik, grafisch scherp afgelijnde presentatie en evenwicht. Het statuut van dichter is niet dat van ziener of profeet, maar van vakman. Na 1917 verloor de beweging aan impact, mede doordat het gebrek aan sociale betrokkenheid niet in goede aarde viel bij de officiële sovjetkritiek. Lit: E. Etkind, La poésie russe (1983) A. Faivre-Dupaigre, ‘Acméisme russe et Moyen Âge occidental’ in Revue de littérature comparée 61 (1987) 1, p. 47- 67 Id.,'Acméisme' in Dictionnaire International des Termes Littéraires (online) J. Doherty, The acmeist movement in Russian poetry (1995) A. Werberger, Postsymbolistisches Schreiben. Studien zur Poetik des Akmeismus und Osip Mandelstams (2005).
|