Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdtotaaltheaterToneel waarin ernaar gestreefd wordt zoveel mogelijk kunstvormen in één voorstelling met elkaar te verenigen. Men spreekt daarom ook wel van een Gesamtkunstwerk omdat dit toneel berust op het samengaan van kunstvormen als toneel, mime, muziek, dans, beeldende kunst (decors e.d.), architectuur (bijv. bij de toneelopbouw) en soms ook film- en beeldprojectie. In feite is de term Gesamtkunstwerk ruimer dan totaaltheater, omdat die niet per se betrekking heeft op theater. Hoewel de term vrij nieuw is, vond ook in het klassieke toneel reeds versmelting van verschillende vormen van kunst plaats. Toneel, zang en dans vormden al bij de klassieken elementen van één voorstelling. Moderne vormen van totaaltheater werden verwezenlijkt door o.m. Max Reinhardt en Antonin Artaud. In Nederland kan als voorbeeld gelden de opera Labyrint (1966), gebaseerd op Louis Paul Boons De Paradijsvogel en bewerkt door de componist Peter Schat in samenwerking met Lodewijk de Boer (tekstschrijver), Koert Stuyf (choreograaf) en Albert Seelen (cinematograaf). In diezelfde tijd experimenteerde de toneelgroep Studio onder regie van Kees van Iersel met dit type toneel, o.a. in Hoera Amerika (1967). Lit: R. Fornoff, Die Sehnsucht nach dem Gesamtkunstwerk. Studien zu einer ästhetischen Konzeption der Moderne (2004) M. Smith, The total work of art (2007).
|