Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdmythopoesisEtym: Gr. muthos = gedachte, woord, verhaal; poiein = maken. Aanduiding voor het scheppen van een mythische (mythe) wereld, bevolkt met figuren die een symbolische functie hebben (ook wel mythopoëzie genoemd). Men vindt het in het werk van A. Roland Holst. Ook Lucebert kan worden genoemd. Men denke aan zijn gedicht ‘Psychomachia’ uit zijn bundel Amulet (1957), beginnend met de regels: de vleeslijke denkers de spijsgeren belust op Lit: H. Slochower, Mythopoesis: mythic patterns in the literary classics (1970) R. Breugelmans, 'Jacques Perks Mythopoesis und sein Verhältnis zur Gesellschaft' in V. Lange & H.G. Roloff (red.), Dichtung-Sprache-Gesellschaft. Akten des IV. Internationalen Germanisten-Kongresses (1970) L.J. Parker, Mythopoesis and the crisis of postmodernism: toward integrating image and story (1998) S. Klimova, 'Conceptualizing religious discourse in the work of Fëdor Dostoevskij', in Studies in East European thought 59 (2007) 1, p. 55-64.
|