Aruba ligt op ongeveer dertig kilometer, Curaçao en Bonaire op ongeveer tachtig kilometer van Venezuela.
De binding heeft ook in de zgn. Nederlandse tijd bestaan, dus van 1648 tot heden. Men denke aan de Zwerfpriester tijdens de West-Indische Compagnie, de intellectuele ballingen in de negentiende en twintigste eeuw en de economen van de recente tijden. Men kan historisch gegroeide banden niet wegvagen. Men kan dit evenmin doen met de geopolitieke bindingen.
4. De fictie dat de vaststelling van staatsrechtelijke en volkenrechtelijke alternatieven aan een politiek akkoord kan voorafgaan. De staatsrechtelijke regeling is een neerslag van het akkoord en niet omgekeerd. Handelt men omgekeerd, dan brengt men antagonismen teweeg. Naar mijn oordeel kan de jurist zich niet verontschuldigen met het argument dat hij erom verzocht is. In delegaties is het eerste woord niet aan de jurist, maar aan de politicus.
Hoe kan een politiek akkoord worden bereikt? Ten eerste: men zal om te beginnen de eilanden moeten raadplegen zonder voorwaarden vooraf. Het argument dat de bevolking, c.q. de bevolking van de eilanden overeenkomstig de bepalingen van het Statuut door de centrale regering wordt (worden) vertegenwoordigd, geldt alleen zolang het Statuut zelf niet in het geding is. Als het Statuut in het geding is, dan zou zo'n redenering als een petitio principii van de hand moeten worden gewezen.
Ten tweede: men zal het Nederlandse standpunt moeten weten, dat wil zeggen: men zal moeten weten hoe Nederland zijn aanwezigheid zal willen en kunnen realiseren. Men moet vooral niet menen dat men per aangetekend schrijven de onafhankelijkheid aan de Antillen zou kunnen doen toekomen en wel om de eenvoudige reden dat het Nederland van vandaag zijn aanwezigheid niet met een pennestreek ongedaan kan maken. Het is dus niet een kwestie van hoffelijkheid - het is ook een zakelijke aangelegenheid.
Ten derde. Men zal rekening moeten houden met de genoemde historisch gegroeide banden met Nederland, maar men zal de geopolitieke bindingen met Venezuela niet buiten beschouwing kunnen laten. Men mag niet uit het oog verliezen dat de econo-