De mooiste liedjes(1980)–Louis Davids– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 73] [p. 73] Je mag me plagen Wat ik me van jou laat welgevallen, Heeft nog nooit een man geaccepteerd. Jij hebt me beslist, Zonder dat 'k het wist, Wat je noemt in vrijheid gedresseerd. Je mag me plagen, 'k Zal het verdragen, Ik ben een lobbes van een vent. Je mag me foppen, Je mag me schoppen, 'k Zal het verkroppen, Omdat jij het bent. Als ik je zie flirten met een ander, Word 'k van nijd zoo geel als een citroen. 't Doet me veel verdriet, Maar ik zeg het niet, Want van jou laat ik mij alles doen. Je mag me plagen, 'k Zal het verdragen, Ik ben een lobbes van een vent. Je mag me foppen, Je mag me schoppen, 'k Zal het verkroppen, Omdat jij het bent. Soms neem ik nae voor, nou zal 'k het zeggen. O! wat krijgt ze straks een grooten mond. Kom je voor mij staan En jij kijkt mij aan, Zeg ik niks... dan zak ik door den grond. [pagina 74] [p. 74] Je mag me plagen, 'k Zal het verdragen, Ik ben een lobbes van een vent. Je mag me foppen, Je mag me schoppen, 'k Zal het verkroppen, Omdat jij het bent. In gezelschap neem jij m'in de maling, Zit ik soms gewoon voor idioot. 'k Krijg een rooien kop, En voel hier een prop, 'k Lach dan mee, maar meid, ik schaam me dood. Je mag me plagen, 'k Zal het verdragen, Ik ben een lobbes van een vent. Je mag me foppen, Je mag me schoppen, 'k Zal het verkroppen, Omdat jij het bent. Vorige Volgende