Voorstelling Reynaertroos 1988. (Zie p. 191.)
Reynaertbewerking in
Boudewijn (1919), Stijn
Streuvels hertaalde de
Reynaert en van zijn vier verschillende
bewerkingen verschenen dertien drukken. Guido Gezelle (wij bevinden ons op de G.
Gezellelaan) schreef meerdere bijdragen voor het katholieke satirische blad
Reynaert de vos onder het pseudoniem van Spoker. Gezelle had in Sint-Niklaas
contacten met de industrieel Jan Nobels en de heemkundige mevrouw Weyn.
Wie het liever bij een brokje geschiedenis houdt, slaat heel even de A.
Rodenbachstraat in tot hij links op een vierkant pleintje komt in de
Paddeschootdreef en de monumentale toegangspoort van het Paddeschoothof ziet,
eenmaal residentie van de gelijknamige heerlijkheid uit de 13de eeuw. De huidige
herenhoeve werd gebouwd in 1626 in Vlaamse renaissancestijl.
Terug naar de Guido Gezellelaan (let op de Reynaert op de gevel van nr. 47) en
onder de spoorweg door tot aan de verkeerslichten. Rechts de Plezantstraat, een
ware autoweg dwars door het centrum van de stad. Voorbij de O.-L.-Vrouwekerk met
een zes meter hoog Mariabeeld van Frans van Havermaet bereiken we ‘de
grootste markt’ van België (3,19 ha), maar zeker niet de
mooiste, al vallen je onmiddellijk enkele merkwaardige gebouwen op. Hier betaald
parkeren om de eerder toeristische Reynaert op het spoor te komen, want
wetenschappelijke gronden die bewijzen dat de hoofdstad van het
‘soete’ Waas iets met het befaamde dierenepos zou te maken
hebben, zijn er niet. Wel vind je er beelden, glasramen, zalen, galerijen, een
park en handelszaken die de sluwerd doen herleven of minstens zijn