Atlas van de Nederlandse klankontwikkeling (ANKO). Aflevering 2
(1977)–Jo Daan, M.J. Francken– Auteursrechtelijk beschermdBoom, dood aant.aant.De gegevens voor kaart 18 voor Nederland en het Nederlandssprekende gebied van België zijn ontleend aan: Rnd 48: (De boomkweker zal de) boom (enten). Dit materiaal is voor Nederland en België aangevuld met dat van Dn 4 (1970): (een groene) boom; D 40 (1965) 5 a.: Hoort u in uw dialect verschil tussen de oo van brood, dood, groot enerzijds en die van boom, doof, oog anderzijds? Verdere aanvulling voor Nederland werd genomen uit Ag 79: eikeboom en uit Weijnen (1952). Aanvulling voor België werd verkregen door Dn 6 (1970): (een groene) boom. Het materiaal voor Duitsland is ontleend aan: Janszen (1937) en Schönhoff (1908), die beide het woord alleen in samenstelling geven; Woeste (1930) en het Rheinisches Wörterbuch (1928-1971). De gegevens voor Limburg in de Rnd zijn gecorrigeerd en aangevuld met opgaven van J. Goossens (Zie ook: Goossens 1959); die in West- en Frans-Vlaanderen zijn aangevuld met materiaal uit de scriptie van J. Ingelaere, Synchronisch en diachronisch onderzoek van het foneemsysteem van Steenvoorde en klankgeografisch onderzoek van de omliggende gemeenten (1970) (Licentiaatsverhandeling Leuven) (Mikrokaarten in Instituut voor Dialectologie te Amsterdam). Het zuidoosten van West-Vlaanderen werd gecorrigeerd door H. Ryckeboer. Het gegeven in de Rnd voor Oostduinkerke (H 49), een niet-gedissimileerde diftong, werd op grond van Sercu (1972) gewijzigd in een monoftong.
Het woord boom werd gekozen omdat de oo in de positie voor labiaal/velair voorkwam, omdat het in het hele taalgebied voorkomt en zelden door een synoniem of een andere vorm van het woord was vervangen. Dat was wel het geval met slopen (23), hoogmis (50), boog (77), dopen (80), lopen (81). Hoewel het aantal in aanmerking komende woorden in dit geval groot was, werd de keuze toch weer beperkt door de frequentie.
De gegevens voor kaart 19 voor Nederland en het Nederlandssprekende deel van België zijn ontleend aan: Rnd 80: (het kindje was) dood (voordat ze 't konden dopen). Het werd gecontroleerd en zo nodig (maar zelden) aangevuld met materiaal van vragenlijsten, waarin het vaak is opgenomen. | |
[pagina 87]
| |
In Oost- en West-Vlaanderen, evenals in Friesland, werd met behulp van Dn 6 (1970) nog onderzoek gedaan naar eventuele verschillen tussen het adjectief en het substantief dood. De in-kaart-gebrachte vormen zijn uitsluitend adjectief-vormen. Het materiaal voor Duitsland is ontleend aan: Schönhoff (1908); Woeste (1930) en het Rheinisches Wörterbuch (1928-1971).
De indeling van de beide kaarten is, zoals in de tekst al werd gezegd, gebaseerd op het verschijnen van allofonen, resp. voor labiaal/velair en dentaal. De tekens zijn op dezelfde wijze verdeeld: cirkels voor achtervocalen, lijntekens voor palatalen, meestal gerond, maar in Friesland ontrond. Het verschil in tekens ter aanduiding van de nietgedissimileerde diftongen van oo-achtige kwaliteit, meer en minder open, is in de tekst toegelicht. De verdeling van de wijdere en nauwere oo-achtige niet-gedissimileerde diftong, met name bij dood, is dus een interpretatie van de fonetische notatie, die onjuist kan zijn. Ook bij deze beslissingen is steeds rekening gehouden met de gegevens van de bestaande monografieën; het moeilijkste gebied, Zuid-Holland en Utrecht, was ons persoonlijk goed bekend. De beslissingen die hier zijn genomen, zijn uitvoeriger verantwoord in Daan-Heeroma (1965).
Niet op de kaarten opgenomen zijn: baim, dait voor Oosterburen (B 4) en Hindelopen (F 2). Stijgende tweeklank wordt vermeld voor: Wevelgem (N 139) door A. Deschuymere (1969), Taalkundige studie van het dialect van Wevelgem en geografisch onderzoek van de omgeving (Licentiaatsverhandeling Leuven) en voor Rumbeke (N 39) door M. van Doorne (1917), Foneeminventaris en historisch onderzoek van klinkers en tweeklanken van het Rumbeeks. Dialectgeografisch onderzoek van 22 gemeenten (Licentiaatsverhandeling Leuven). (Mikrokaarten van beide studies berusten in het Instituut voor Dialectologie te Amsterdam.) |
|