Weerlichten(1925)–Marie Cremers– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 109] [p. 109] Opstand. Mijn verlangen rust dag noch nacht en geen die 't sust. Is er geen die hoort, hoe mijn bange kreet in den hemel boort? Mijn verlangen groeit tot een sterke boom, waar de orkaan door loeit. - Mijn verlangen stort als een wilde zwaan, die getroffen wordt. Als een stervend dier strekt mijn leven zich. God, ik wil van hier! Vorige Volgende