Een handvol gedichtjes voor brave kinderen(1857)–Johanna Desideria Courtmans-Berchmans– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 47] [p. 47] 22. De mistroostige jongen Ach, moedertje lief! ik ben toch zoo mistroostig: Wat handelt Christoffel kwaadaardig met mij! 'k Vertelde hem iets en het was zoo onschuldig, Hij gaf mij een oorveeg, 'k verdroeg het geduldig, Uw woorden zijn altemaal schimpen, sprak hij. Ja moedertje lief, ik ben toch zoo mistroostig: Ik speel met Christoffel mijn leven niet meer, Hij zal 't op zijn schoonste aan den meester weer zeggen, Hij weet alle dingen verkeerd uit te leggen, Neen, ik speel met Christoffel mijn leven niet meer. Mijn lieve Vincent, 't is een les, zeide de moeder, Het gaat met de menschen zoo net als met u, Mijn vriendje en wil u daarom niet bedroeven, Dit zult ge, als ge groot zijt, nog beter beproeven, Wees braaf, en zijt nooit voor boosaardigheid schuw. [pagina 48] [p. 48] Zie daar in den bloemtuin die bijtjes eens weemlen, Zij azen op bloemen en planten en fruit, Daar uit weet het bijtje den honing te zuigen, En 't ongediert zuigt er de bitterheid uit. Vorige Volgende