putten onder ons, onder ons; alles wordt het Verleden, en alles komt in de macht van Emeralda. Zoodra iets is, is het geweest, en is het in de macht van Emeralda. Poog niet te ontvluchten: dat is ijdelheid: onderga je lot. Het beste is, dat je wordt een van ons, heilige spin, en je webbe weeft. Want ons weven is heilig, ons web onverstoorbaar, en met al onze webben, het een voor het ander, dienen wij de vorstin en beschermen haar schatten; de schatten van het Verleden, die achter ons weefsel vergaan tot stof.
- Maar als ze vergaan tot stof, wat zijn ze dan waard?
- Dom kind, stof is alles, het Verleden is stof; herinnering, stof; alles wordt stof; liefde, juweelen, alles wordt stof, en de heilige stof bewaken wij achter ons weven. Word spin als wij, weef je web, en wees wijs.
- Maar ik leef, ik ben jong, ik verlang, ik heb lief, en ik kan mij niet begraven in stof... O, zeg mij, waarheen moet ik vluchten!
De spin grijnsde schamper en bewoog met acht pooten, heel ongeduldig.
- Vraag mij niet naar de oorden der wereld, en naar de streken van den wind. Ik zit hier en weef. Ik ben heilig. Ik bewaak den schat van den troon. Verstoor mij niet meer met je wuftheid en laat je vleugels zich niet verwarren in de stralen van mijn web, ook al ben je geen mot, maar prinses van het Rijk van Verleden...
Psyche werd bang. De spin ontzag haar omdat zij was een prinses, maar aasde toch met boosaardig instinct... En zij deinsde terug. Zij sloeg een laatsten blik op het doode gelaat van haar vader, en snelde de honderden trappen op. In alle hoeken zaten de heilige spinnen en bewogen de pooten. In huivering snelde zij hooger. Waarheen? Zij dacht wel aan hare liefde, den goudblonden Chimera, maar samen zoû hij nergens met haar kunnen zijn voor altijd. Ze zweefde met hem door het ruim, en hij bracht haar terug in het slot. Zijn lot was: zonder rust het luchtruim te doorvlerken. O, zoo ze Chimera was als hij, zoo ze had twee krachtige vleugels, in plaats van prinsesse-wiekjes, zij had hem dan overal vergezeld...!
Waarheen? Boven uit de troonzaal klonk fanfaregejubel. Daar