Brieven van Louis Couperus aan zijn uitgever
(1977)–Louis Couperus– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 169]
| |
XIII. Februari 1915-October 1915 (Brief 553-571)De nu aanbrekende jaren zijn beter gedocumenteerd. Begin Februari komt het echtpaar vrij plotseling terug in het vaderland en neemt voorlopig zijn intrek bij de familie Vlielander Hein in de Molenstraat. Couperus heeft dit huis prachtig beschreven.Ga naar voetnoot207 Reeds in Maart begint hij met het houden van zijn beroemd geworden lezingen, daarmee een plan opvattend dat hij in 1900 in Indië al koesterde maar nooit ten uitvoer had gebracht. Couperus, die eerder al veel in kleinere kring uit zijn werk voorlas, van zijn vroegste boeken af, had hierin ongetwijfeld al een zeer vlotte techniek ontwikkeld. De eerste lezing vond plaats in de kunstzaal Kleykamp te Den Haag, en werd spoedig gevolgd door voorlezingen o.a. te Amsterdam, Delft, Groningen, Haarlem en in Zeeland. Uit Italië, waar zijn meubels achter zijn gebleven, krijg hij van Emma Garzes soms couranten en boeken toegestuurd. Wat zijn eigen boeken betreft, die heeft hij allemaal in Italië achter moeten laten. Tijdelijk heeft hij dus niet eens zijn eigen werk bij de hand. Hij vraagt daarom Veen van tijd tot tijd om boeken die hij voor zijn voordrachten nodig heeft. In Amsterdam ontmoet hij Veen ook zelf. Hij denkt De Ongelukkige bij hem uit te geven. De rechten van latere uitgaven van dit boek wil hij zelf behouden. Het honorarium dat Veen hem biedt, vindt hij echter zo laag, dat hij voor het eerst van zijn leven diens boekhouding persoonlijk wenst te controleren. Als dit dan gebeurt, wordt zijn wantrouwen, al dan niet terecht, gewekt doordat Veen alles weer mee wil nemen. Het eindresultaat van de onderhandelingen is, dat Couperus het zetten, dat dan al begonnen is, laat onderbreken en alsnog naar een andere uitgever loopt: Van Holkema en Warendorf geven de roman nog dat zelfde jaar uit. Overigens in een andere letter, zodat Veen blijft zitten met een flinke partij onbenut zetsel, dat de nieuwe uitgever niet overneemt. Het sprookje is nu voorgoed uit! Wel publiceert Veen in 1915 nog Pio Baroja's Op een Dwaalweg, in de intussen gereedgekomen vertaling van Elisabeth en met het voorwoord van Couperus.Ga naar voetnoot208 Veen's verliespost op het zetsel van De Ongelukkige doet Couperus badinerend af als ‘een kleine of grote deceptie’, die een mens nu eenmaal moet kunnen incasseren. Terwijl intussen geleidelijk aan de 5 delen Van en Over Alles en Iedereen verschijnen, spreekt Couperus in zijn brieven aan Emma Garzes over gevoelens van treurigheid en van heimwee naar Italië. Aan haar laat hij de zorg over voor zijn meubels, die nog in Florence zijn. Op 16 Augustus betrekt hij, met nieuwe meubelen, het bovenhuis Hoogewal 2, waar hij 5 jaar zal wonen en ook daarna nog | |
[pagina 170]
| |
eenmaal zal terugkomen, voor korte tijd. Op 12 October stuurt hij Emma schetsen van de indeling. Beneden woont een kleermaker. De eerste verdieping is het woongedeelte. Op de tweede etage aan de voorkant heeft Couperus zijn kamer, die uitziet op het water en een intussen in de literatuur vereeuwigde ceder,Ga naar voetnoot209 terwijl Elisabeth aan de achterzijde slaapt. Op de derde verdieping is aan de voorzijde een logeerkamer - voor Emma, hoopt hij - en aan de achterkant een groot plat, ‘délice des chats et des chattes’. Zijn stemming is matig. ‘Notre vie est très mouvementée et mondaine: théatre, concerts, soupers (...). Mais quelquefois, chère Amie,... il me semble qu' une période de ma vie est close:Ga naar voetnoot210 celle de ma pauvre jeunesse, à laquelle je tenais beaucoup, peut-être avec trop de vanité féminine... et que, choyé comme l' auteur et le maître, je me fais vieux, vieux, vieux... (...). Je ne suis pas fait pour vieillir et j' ai peur pour le grand âge (...) je pense tant de fois à MarioGa naar voetnoot211 et à d' autres jeunes gens que je connais et mon coeur se serre... Je pleure quelquefois comme un enfant, à cause du Temps, du monde, de l' Humanité... Quand reverrai-je Rome, Florence... et vous autres...!!’ - Aan het slot van deze brief spreekt hij dan nog van ‘le grand roman, que j' ai en tête... quand est-ce que je pourrais l'écrire! Peut-être qu'il serait trop douloureux... Cependant je travaille beaucoup: feuilletons etc. J'ai traduit Chanteclair pour le théatre!’Ga naar voetnoot212 Dit correspondeert met wat hij een maand later aan het echtpaar Smit Kleine schrijft:Ga naar voetnoot213 ‘Voor grooter werk voel ik mij na mijn Moorschen roman niet gestemd. De vreeslijke tijd, dien wij doorleven, drukt daarvoor ook te veel, als een nachtmerrie...’. Hij schrijft dus slechts zijn feuilletons, en gaat door met die te bundelen: het worden, met veel strubbelingen, Jan en Florence, Wreede Portretten, Brieven van den nutteloozen Toeschouwer en Der Dingen Ziel. De grote roman waar hij aan denkt, wordt De Komedianten. Hij begint er pas in 1916 aan. | |
[pagina 171]
| |
teerd door Royaards (première van de Heks) en blijven ook 14 Febr.Ga naar voetnoot214 Dan kunnen wij elkander dus eens zien en spreken. Ik denk, dat ik in American afstap.
Tot ziens dus! t.t. Louis C. | |
[pagina 172]
| |
waar wij logeeren. Kunt U dit dan? En mogen wij eens een volgende keer gebruik maken van Uw invitatie, daar ik vrees dat het deze keer wat druk zal zijn? Met hartelijk groeten ook aan Uw vrouw
Steeds gaarne Udw Elizabeth Couperus. | |
557Den Haag
Amice Tot ons leedwezen moesten wij door een samenloop van omstandigheden dadelijk naar Den Haag terug. Het speet ons dus niet bij jullie te kunnen komen dineeren zoo als ik liet telefoneeren. Mochten wij langeren tijd in Amsterdam komen (ik zie, dat ik het papier van mijn vrouw heb genomen!)Ga naar voetnoot* dan komen we gaarne eens bij je aan huis. Zoû ik mogen rekenen (, nu we het daarover eens zijn) op ƒ 500.- voor ± 1 Maart en ƒ 500 voor ± 1 juni? Gaarne had ik daar even antwoord op. Vele groeten en scusi aan je vrouw en steeds
t.à.v. L.C. | |
558[24.II.15]
Amice. Briefkaart ontvangen; merci voor zending Scheurleer (ik heb nog geen bericht). Copie De Ongelukkige kan ik wel zenden. Zoudt ge mij een groot genoegen willen doen met prezentex: (gebonden) van Dionyzos te willen zenden aan Baronesse van Rhemen van Rhemenshuizen 5 Koningskade alhier.Ga naar voetnoot215 Ge zoudt mij dan zeer verplichten. Het deed ons werkelijk leed dit maal niet te kunnen komen aanzitten, maar het werd te druk met wat ons wachtte in Den Haag.
Gaarne t.à.v. L.C. | |
[pagina 173]
| |
559[7.III.15]
Amice Ik zend de proeven terug; moet nog revizie hebben van eén feuilleton, dat ik er bij voegde. De Ongelukkige is wel in erg ongelukkigen toestand van zeer ‘vuile’ drukproeven. Kunt ge niet voor een prikje de nummers ergens krijgen?? Anders zal ik je mijn proeven m[aar] zenden. Toe, wees eens lief en zend mij nog een ex: van Van en Over etc. (1ste bundel.) Heb ik al bedankt voor de zending bij Scheurleer? Zoo niet, dan mille grazie!!
L.C. | |
560Maandag [29.III.15]
Amice Is het onbescheiden je nog eens te vragen om 3 prezentex: God en Goden, die ik cadeau woû geven aan personen, die mij bloemen hebben gezonden?? Heel veel succes, mijn lezing in Den Haag; ook in Delft was het heel aardig.Ga naar voetnoot216 Eerste proef De Ongelukkige heb ik ontvangen. Ik woû je alleen zeggen, beste vriend, dat ik voortaan toch wel weêr zoû willen behouden mijn recht op ‘nieuwe condities met volgende uitgaven’, zoo als wij het vroeger steeds deden: ik kan toch maar waarlijk niet voort gaan, zoo als ik het een paar jaren van ‘crizis’ gedaan heb, je dadelijk alle rechten af te staan. Maak dus voor De Ongelukkige contract op; geef mij wat je denkt en laat mij behouden mijn auteursrechten voor ‘volgende uitgaven’; heusch, zoó als wij het een paar jaar deden, kan het niet voort gaan. In Delft lagen met mijn lezing al mijn boeken gestapeld voor de boekwinkels, slimmer dan in Den Haag, waar de menschen zelfs naar De Zonen der Zon (waaruit ik las) te vergeefs hebben gezocht en gevraagd omdat de heeren boekhandelaars niet altijd wisten dat De Zonen der Zon staan in God en Goden!! Ze zijn hier in Holland wel naïf wat réclame aan gaat. Spoedig tot ziens, hoop ik en gaarne
t.à.v. L.C. | |
[pagina 174]
| |
562Haag
Amice Zoudt ge mij voor mijne voordrachten nog eens de volgende boeken willen zenden: Dionyzos. Herakles. Psyche. Babel. Berg van Licht. Ik heb nog al succes gehad met De Zonen der Zon en denk nog enkele andere lezingen te houden. En je kunt zeker nog wel een paar exemplaren missen van bovengenoemde.
Steeds gaarne t.à.v. L.C.
[Toegevoegd postscriptum in het handschrift van Elisabeth Couperus:] Hierbij manuscript Baroja.
E.C. | |
563Den Haag
Amice Ik heb je concept-contract ontvangen maar kan waarlijk niet ingaan op zulk een voorstel.Ga naar voetnoot217 Ik meende uit ons laatste gesprek te hebben kunnen opmaken, | |
[pagina 175]
| |
dat je hooger honorarium kon geven. Heb ik mij vergist, dan moeten wij werkelijk maar niet meer samen werken maar ik kan niet voortgaan met een groote, historische roman af te staan voor zulk een prijsje. Ik kom vermoedelijk ± 22 April in Amsterdam en hoop er enkele dagen te blijven. Je hebt mij zoo dikwijls gezegd, dat ik je boeken kon inzien, dat ik nu in Holland zijnde, mij wel eens door deskundigen zoû willen doen inlichten - na inzage dier boeken - welke de redenen zijn waarom ik, als gevierde en veel gelezen auteur, mij de laatste jaren met honoraria moet tevreden stellen, die zoó verschillen met wat ik vroeger kreeg. Je begrijpt, dat mij dat wel interesseert. Verkoop je mij werkelijk zoo veel minder - veel minder b.v. dan Thérèse Hoven,Ga naar voetnoot218 als je mij verleden gezegd hebt - dan zoû ik mij waarlijk maar houden bij Thérèse Hoven en moeten wij afscheid nemen. Samenwerking is in dit geval voor geen van ons beiden aangenaam. Ik, ten minste kan onmogelijk voort gaan, als ik het eenige jaren reeds heb gedaan, ter wille van onze goede verhouding, mij te laten afschepen met een paar honderd gulden. Wij zullen de zaak dus nog wel eens bespreken en doen bespreken.
Intusschen steeds gaarne t.à.v. Louis Couperus. | |
564[Briefhoofd American Hotel, Leidsche Plein]
Amice. Ik geloof, dat, na ons laatste gesprek, het beter is, dat ik mijn fortuin eens probeer bij een anderen uitgever, wat De Ongelukkige aan gaat. Ten minste, je laatste voorstel kan ik niet aannemen. Het geen echter niet insluit, dat wij behoeven te breken voor altijd. Mocht ik met een anderen uitgever klaar komen, dan zal ik niet verzwijgen, dat een gedeelte van het boek reeds gezet was en kan je misschien over dit zetsel met hem onderhandelen. Het voorschot, dat je zoo vriendelijk was, mij te geven zal ik door Scheurleer je weêr over doen maken. Dat de geheele geschiedenis mij niet aangenaam is, behoef ik je niet te zeggen. Men werkt niet jaren lang met elkander, zonder dat het pijnlijk wordt van elkander te scheiden. Maar aan de andere kant was je geheimzinnigheid met de | |
[pagina 176]
| |
Facsimile van brief 564 uit Amsterdam
| |
[pagina 177]
| |
tabel van winst en verlies, die ik niet eens mocht behouden, mij ook een zeer pijnlijk incident. Algeheele openhartigheid in zaken dunkt mij onvermijdelijk om goede vrienden te blijven. Geloof mij intusschen, van mijn kant zonder rancune,
Je dw. Louis Couperus. | |
565Den Haag
Amice. Ik ben klaar gekomen met Warendorf, voor ƒ 1500, (eerste druk). Ge moet begrijpen, dat het verschil tusschen zijn 600 en het Uwe mij niet onverschillig kan zijn en het is mijn oprechte wensch, dat wij, al geef ik De Ongelukkige dus niet bij je uit, toch goede vrienden zullen blijven, zoo dat latere samenwerking volstrekt niet blijft uitgesloten. Ik schrijf Scheurleer je ƒ 400.- te zenden. Is het honorarium van de Spaansche vertalingGa naar voetnoot219 dan meér dan ƒ 100,- dan zendt je dit verschil wel bij Scheurleer. Over het zetsel schreef ik hen. Foto's uit Blanke Steden bezit ik hier niet en waarlijk ook geen nieuw portret. Ik laat bijna nooit een portret maken. Intusschen met beste groeten en steeds vriendschappelijken handdruk
Louis Couperus | |
566Den Haag
Amice. Zouden wij, voór ik Scheurleer zeg je het voorschot van ƒ 500.- terug te zenden niet even kunnen overeen komen wat het honorarium zoû zijn van de vertaling van Pio Baroja. Wij kunnen er dan dat aftrekken, en ik zal dan dadelijk aan Scheurleer order zenden. Intusschen
Steeds gaarne t.à.v. Louis Couperus. | |
[pagina 178]
| |
567Den Haag
Amice. Ik ontving de 3 soorten prezentex: Van en Over Alles en Iedereen. Vooral voor de keurig in leêr gebonden ben ik dankbaar. Ik weet niet of ze in den handel zijn maar apprecieer in alle gevalle de gedachte, die je ingaf ze mij in zoo sierlijke vorm te schenken. Ze zijn waarlijk heel mooi en eenvoudig. Ik hoop van harte, dat je eenig pleizier van deze boekjes beleven zult. Holkema en Warendorf schijnen een ander type te willen gebruiken voor De Ongelukkige: iets kleiner. Het spijt mij wel, maar wij hebben allen wel eens onze kleine (en groote) decepties. Het doet mij intusschen van harte genoegen, dat wij goede vrienden zijn gebleven want het tegendeel zoû jammer geweest zijn. Geloof mij dus steeds met vriendschappelijken handdruk
gaarne je dw. Louis Couperus. | |
568Den Haag
Amice. Ik zoû gaarne eens van je hooren hoe het gaat met de verkoop van de vijf bundeltjes en of je, bij voorbeeld, met het volgende voorjaar, iets dergelijks zoû willen geven. Je zal wel klagen, als steeds, maar dàn moet ik je ook zeggen, dat er heel dikwijls in kiosken en aan stations naar gevraagd werd en... dan de boekjes schitterden door absolute afwezigheid. Enfin, schrijf mij eens bij gelegenheid
en steeds gaarne t.à.v. Louis Couperus. | |
[pagina 179]
| |
weêr een serie van 5 boekjes of, of minder? Bedenk het zelve en reken het maar zelve uit, wat je er voor geven kunt. Ik hoor dus nog wel van je.
Steeds t.à.v. L.C.
De copie kan ik zoo gauw mogelijk zenden, met het oog op de proeven is dit altijd het best.- | |
570Den Haag
Amice. Honorarium te bepalen voor die boekjes... ik weet het waarachtig niet. Ik zoû zeggen het volgende: Geef mij ± 1 Jan. de somma van ƒ 1000.- en bepaal hoeveel kopie je daarvoor ongeveer noodig hebt. Wat denk je verder van het honorarium van de vertaling van Baroja? Dan nog iets: zoû je mij kunnen zenden een ex. 1ste editie Psyche voor mijne lezingen? En een ex: Antieke Verhalen. Ik lees van avond in Haarlem. Ik geloof, dat dit alles is, beste vriend.
Intusschen steeds gaarne t.à.v. L.C. | |
571Den Haag.
Amice. Laten wij het dus houden op eene uitgave van 3 deeltjes voor ƒ 1000.- Zoû ik 1 Dec. ƒ 500. kunnen krijgen en ƒ 500. 1 Jan.?? Ik zoû dan zeer verplicht zijn. Ik zend je 19 feuilletons voor het eerste deeltje; laat die zetten en zie hoever je komt. Moet er iets bij, dan kan dat best. Ik meen begrepen te hebben, dat je wilt houden den titel. Van en Over Alles en Iedereen of Van en Over Mijzelf en Anderen. Doe zoo als je goed dunkt. | |
[pagina 180]
| |
Laat de zetter als titel der verschillende stukjes de aangegeven ondertitel nemen en dus beginnen met: Jan en Florence. En verder volgen de volgorde waarin de feuilletons gerangschikt liggen.
Intusschen steeds gaarne t.à.v. L.C. |
|