Punt- en kleine mengeldichten(1837)–S.M. Coninckx– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 3] [p. 3] Punt-en mengeldichten. I. [...]est my, o teere jeugd, en statige matroonen; 'k Ben geen Catull' of Martiael, 'k Zal u, in schaemtelooze tael, Geen vuile béeldlenis vertoonen. De dichtjes die men hier kan lézen, Zyn middelmatig, goed en slegt; Ik heb ze dus aeneen-gehegt. Getal der laetste sóort zal wel het grootste wézen; Wy schaffen anders geen geregt. Vorige Volgende