| |
| |
| |
Floortje Zwigtman
door Karen Ghonem-Woets
Floortje Zwigtman is het pseudoniem van Andrea Oostdijk, op 13 november 1974 geboren in Terneuzen. Na de middelbare school volgde ze een onderwijzersopleiding in Vlissingen. Daarna was ze enkele jaren als leerkracht werkzaam op verschillende basisscholen. Sinds 2000 heeft ze een eigen tekstbureau. Ze werkte mee aan diverse educatieve uitgaven voor het basisonderwijs, waaronder Duizend-en-één vragen, een handleiding en leerboek over de islam voor groep 7 en Mij maak je (niks) wijs!, een handleiding en leesboek filosofie voor groep 8.
In 2001 debuteerde ze als auteur van jeugdboeken met Spelregels; het verhaal van een middeleeuws huwelijk. Een jaar later volgde Wolfsroedel en in 2005 Schijnbewegingen, het eerste deel van een tweeluik. Bijna al haar jeugdboeken zijn bekroond. Wolfsroedel kreeg in 2003 zowel de Gouden Uil Jeugdliteratuur als een Zilveren Zoen. Schijnbewegingen werd in 2006 onderscheiden met de Gouden Zoen en de Gouden Uil Jeugdliteratuur.
| |
Werk
Zwigtman plaatst in haar jeugdromans jonge, fictieve hoofdpersonen tegen een historische achtergrond. Spelregels; het verhaal van een middeleeuws huwelijk (2001), voor lezers vanaf 12 jaar, draait om de veertienjarige Marjorie van de Witburg en de iets oudere Allard van de Goudheuvel. Hun huwelijk is al in hun kindertijd gearrangeerd door hun ouders. Zij maken met elkaar kennis in een historisch decor van kastelen, aristocratische families, toernooien, veldslagen, geloof en bij- | |
| |
geloof en angst voor de pest. Wolfsroedel (2002), voor lezers vanaf 14 jaar, speelt deels in het heden, deels in de negentiende en deels in de vijftiende eeuw. In het hoofdverhaal, dat gesitueerd is in het negentiende-eeuwse Roemenië, sluiten drie boerenzonen, onder wie ik-verteller Ion Brabu, zich aan bij een bende. In het boek komt ook de historische figuur Vlad Tepes voor, een wreed heerser die in de vijftiende eeuw in het prinsdom Wallachije leefde en als christen strijd leverde met de islamitische Osmanen. In Schijnbewegingen (2005), eveneens voor lezers vanaf 14 jaar, houdt de zestienjarige Adrian zich in het Londen van 1894 in leven als schildersmodel en hoer. Hij maakt kennis met de schrijver Oscar Wilde, diens minnaar ‘Bosie’ (Lord Alfred Douglas) en de kring van schilders, schrijvers en dichters om hen heen.
Zwigtman werkte haar historische verhalen eerst en vooral uit tot psychologische portretten. De jonge hoofdpersonages maken een groeiproces door waarin ze voor morele dilemma's worden geplaatst. In Spelregels komen Marjorie en Allard tot de overtuiging dat ze zich niet willen conformeren aan de regels van het ‘spel’ dat huwelijk heet. Ze willen hun relatie op hun eigen manier vormgeven. In Wolfsroedel en Schijnbewegingen leren de hoofdpersonen omgaan met verleidingen en verkennen ze hun grenzen. Ion Brabu en zijn vrienden worden blootgesteld aan steeds extremere vormen van geweld waar ze ook zelf aan deelnemen. Wolfsroedel is een verhaal over de invloed van de groep op het individu, een verhaal over het verleggen van grenzen onder groepsdwang, over de gewetensconflicten van Brabu en zijn uiteindelijke keuze voor de ‘goede’ kant. Adrian, de hoofdpersoon in Schijnbewegingen, verkent zijn seksuele grenzen. Nadat hij zich eerst als hoer heeft overgegeven aan de verlangens van anderen, komt hij tot de slotsom dat hij echte liefde wil, waarbij het lichamelijke samengaat met het geestelijke.
‘Ik wil tot op het bot gaan, diepe gevoelens ontdekken en er schaamteloos over schrijven,’ zei Floortje Zwigtman in een interview in Trouw. Bij het ‘schaamteloos’ schrijven over thema's als geweld en seks hanteert zij diverse literaire middelen, waarbij vooral het beeldend en metaforisch taalgebruik opvalt. In Wolfsroedel spelen diermetaforen een prominente rol: mensen worden zowel vergeleken met wolven en vossen als met hun tegenhangers: schapen en kuddedieren. In Schijnbewegingen verwijst de beeldspraak naar de theaterwereld: Adrian leert dat hij een rol moet spelen omdat de wereld bedrogen wil worden, hij heeft af en toe plankenkoorts in een nieuwe omgeving en is bang uit zijn rol te vallen.
Daarnaast kiest Zwigtman voor een vertelperspectief vanuit één of meer hoofdpersonen. Dit heeft een
| |
| |
Omslagafbeelding: Imagebank
functie voor het verhaal. In Spelregels wordt het verhaal relatief eenvoudig verteld. Marjorie en Allard blikken om beurten in de ik-vorm terug op het eerste jaar van hun huwelijk. Hun verhalen overlappen elkaar regelmatig, zodat de lezer bij bepaalde gebeurtenissen zowel de visie van Marjorie als die van Allard verneemt. Daardoor heeft hij al snel in de gaten dat zij grotere geestverwanten zijn dan ze zelf denken. Wolfsroedel is een raamvertelling. Ion Brabu vertelt over zijn belevenissen bij de bende aan zijn zoon. Dit vertelperspectief maakt het voor de lezer mogelijk een beeld te krijgen van de mentale worsteling die Brabu doormaakt. Hij laveert voortdurend tussen nieuwsgierigheid naar en afgrijzen van het geweld. In het verhaal zijn ook beschrijvingen van de hand van Vlad Tepes en zijn broer Radu opgenomen. Door deze structuur spiegelt het ‘kleine’ geweld van de jongensbende zich in het ‘grote’ geweld van Vlad en Radu. Over deze verbinding met het verleden zei Zwigtman in een interview in de Volkskrant: ‘Ik heb hun [jongeren] willen laten zien dat geweld van alle tijden is, dat de valkuilen van het verleden de valkuilen van vandaag zijn, die we door historisch inzicht misschien kunnen vermijden (vandaar de constructie van het verhaal: een raamvertelling)’. De tekst uit het bijbelboek Prediker waarmee Wolfsroedel opent, sluit hierbij aan. De kern ervan luidt: ‘Hetgeen er geweest is, hetzelfde zal er zijn.’
Schijnbewegingen wordt in de ik-vorm vanuit Adrian verteld. De lezer verneemt wat hij doet, denkt en voelt en hoe hij anderen ziet. Adrian levert ook commentaar op zichzelf. Soms spreekt hij over zichzelf als over een ander: ‘Adrian Mayfield was aan een nieuwe carrière begonnen. Schildersmodel, het was toch om je dood te lachen.’ Opbouw en stijl van
| |
| |
Schijnbewegingen zijn geïnspireerd op de negentiende-eeuwse roman. Het is een breedgeschakeerd verhaal met gedetailleerde beschrijvingen, veel personages en verwikkelingen. Zwigtman heeft verschillende verhaallijnen tot één geheel verweven. Er is het verhaal van Adrians zoektocht naar financiële zekerheid, genegenheid, vriendschap en liefde. Maar ook het verhaal van Augustus Trops en de kring rond Oscar Wilde en de verhalen van het bordeel, de afpersingspraktijken, het geweld tegen homoseksuelen en de relatie van Adrian met de kunstschilder Vincent Farley. Bij de familie Farley komen al deze verhaallijnen samen.
| |
Wolfsroedel
Wolfsroedel is een raamvertelling, waarbij het eerste en het laatste hoofdstuk het raam vormen. Vilcu vraagt zijn oude vader Ion Brabu hem nog eens een verhaal te vertellen. Dat wordt het verhaal dat Brabu nog nooit aan iemand heeft verteld, over zijn belevenissen met de bende van Lupu, de broer van zijn vriend Vulpe. Ion en zijn vrienden Vulpe en Alexandru zijn boerenzonen die wel eens wat anders willen dan ‘als een os’ op het land werken. Ze sluiten zich aan bij Lupu's bende de Wolfsroedel. De bende ziet het overvallen van door het bos trekkende reizigers en handelaren als een spel dat zonder bloedvergieten dient te verlopen. De Wolfsroedel houdt zich schuil in het verlaten klooster Snagov, gebouwd door Vlad Tepes die in 1462 de Osmanen verjoeg. Deze Vlad was een wreed heerser in het prinsdom Wallachije, dat tegenwoordig deel uitmaakt van Roemenië. Vlad werd ook wel ‘de spietser’ genoemd; hij liet zijn vijanden levend aan staken spietsen die als een bos rond zijn paleis stonden. In het klooster ontdekt de bende in Vlads graf diens legendarische zwaard. Zowel Lupu als zijn broer Vulpe wil dit zwaard bezitten en er ontstaat strijd. Als Vulpe in koelen bloede een ander bendelid vermoordt, is er in Lupu's ogen een grens overschreden. Vulpe verlaat met een aantal jongens de Wolfsroedel en ze gaan verder als de Jonge Wolven. Zij voeren uiterst gewelddadige overvallen uit, bij hen is het geen spel meer maar een bloedserieuze en levensgevaarlijke aangelegenheid.
Vulpe wordt in zijn rivaliteit met Lupu gevoed door de verhalen die een schaapherder hem vertelt over Vlad en diens haat jegens zijn broer Radu. Daarin is een aankondiging te zien van wat zich tussen Lupu en Vulpe zal gaan afspelen. De schaapherder zegt: ‘Ik zal je vertellen hoe het vaak met broeders gaat, Vulpe. In hun jeugd zijn het de beste vrienden [-]. Maar dan worden ze ouder en gaan hun ogen open voor de wereld. Ze ontdekken schatten die ze niet met elkaar willen delen. Zo ging het met Vlad en Radu ook. Zij ontdekten de macht.’ De bendes van Vulpe en
| |
| |
Lupu worden concurrenten en de broers staan elkaar naar het leven.
De schaapherder blijkt een incarnatie te zijn van Vlad. Een oude kluizenaar is de incarnatie van zijn vredelievender broer Radu. De schaapherder gelooft dat de mens van nature slecht is, de kluizenaar is van het tegendeel overtuigd. De twee sluiten een weddenschap af met als inzet de zielen van de bendeleden. Daarover voeren zij een correspondentie die is opgenomen in het boek. Daarnaast laste Zwigtman een aantal stukken ‘Uit de kronieken van Snagov’ in, waarin Vlad en Radu over hun levens en broederstrijd vertellen.
Ion is voor de bende van Vulpe al te kritisch, maar durft de Jonge Wolven lange tijd niet vaarwel te zeggen. Wanneer Ion achter de ware aard van de schaapherder is gekomen, stapt hij over naar de bende van Lupu. Aan het eind van het verhaal lijken de broers zich te verzoenen. Maar dan doodt Lupu onverwachts Vulpe en wordt hij vervolgens zelf ook vermoord. Ion staat versteld: ‘De vos en de wolf waren even bloeddorstig.’ Het laatste woord is aan Vilcu. Hoewel hij zijn vader als een ‘fantast’ typeert ‘die prachtige verhalen kon vertellen, maar niet vies was van een leugentje om ze nog mooier te maken’, geeft hij toe dat er veel waarheid in zijn vaders verhaal zit. Daarom heeft hij die verhalen na zijn dood op schrift gesteld.
Wolfsroedel kreeg een sterk afwijzende reactie van Marieke Henselmans, recensente van de Volkskrant. Het beschreven geweld riep bij haar zoveel afkeer op dat ze het boek ‘aan geen enkel kind [heeft] willen voorleggen’. Ze doelde met name op de gedetailleerd beschreven wreedheden, die in het verhaal samengaan met euforie of gefascineerdheid bij de plegers ervan of bij de toeschouwers.
Zwigtman wilde niet ‘de beledigde auteur’ uithangen, maar voelde zich wel geroepen op Henselmans te reageren. In haar reactie legt zij de nadruk op wat ze met het boek bij jongeren heeft willen bereiken. Kort samengevat komt dat neer op: inzicht bieden in de psychologische mechanismen achter geweld, in sociale druk, in het relatieve van goed en kwaad en in het gevaar van wij/zijdenken. In haar analyse wijst Zwigtman op de noodzaak van het nadenken over vanzelfsprekende rituelen - in dit geval bloedwraak, heilige oorlog en groepsgeweld - en de rol van boeken daarin: ‘Iets leren over je eigen persoonlijkheid, je eigen tijd, begint met het ontmaskeren van vanzelfsprekendheden, rituelen en symbolen die meer dan eens hun oorsprong hebben in het vergeten verleden. Vanzelfsprekendheden waarvan het ware gezicht soms afzichtelijk is, soms verrassend, soms akelig of geruststellend bekend. Het is goed om ook jongeren als lezers bewust te ma- | |
| |
ken van deze verborgen rituelen. Waarom doe je iets? Omdat het volgens jouw overtuiging goed is? Omdat iedereen het doet? [-] Dat hoeft niet verkeerd te zijn. Maar niet nadenken brengt risico's met zich mee in een maatschappij die niet louter uit eerlijke mensen met goede bedoelingen bestaat.’ (Floortje Zwigtman in De mondige jeugdliteratuur. Over raakvlakken van jeugdliteratuur en volkscultuur).
| |
Waardering
Recensenten prijzen Zwigtmans originele themakeuze, de verbinding tussen fictieve hoofdpersonen en een historische achtergrond, de opbouw van de verhalen en haar vlotte pen. Haar debuut kreeg vooral waardering vanwege het originele thema, een gedwongen huwelijk tussen heel jonge mensen. Peter de Boer noemde het ‘een knap psychologisch portret’ (Trouw). Geert De Brabander formuleerde de tijdloze kern van het verhaal als volgt: ‘Spelregels gaat over het verlangen naar een zielsverwant met wie je tegen het leven opgewassen bent’ (Leesidee jeugdliteratuur).
In de besprekingen van Wolfsroedel zijn het thema, de verhaalstructuur en het door het boek uitgedragen idee de belangrijkste aandachtspunten. Judith Eiselin denkt dat het boek haar altijd bij zal blijven omdat het ‘zo veelzijdig en veelomvattend’ is, ‘een historische roman, een jongensboek, een initiatie- en een spookverhaal ineen’ (nrc Handelsblad). Pjotr van Lenteren ziet in Wolfsroedel ‘een knap geconstrueerde roman, waarin waar gebeurde oorlogen in verband gebracht worden met de sluipende morele teloorgang van een paar jongens’ (de Volkskrant).
In de recensies van Schijnbewegingen kreeg met name de gelaagde opbouw van de roman aandacht. Mirjam Noorduijn typeerde het boek als ‘een Bildungsroman, psychologische thriller en historische roman ineen’ (De Groene Amsterdammer). Volgens Karel Berkhout heeft Zwigtman ‘de vele motieven en verhaallijnen overtuigend met elkaar weten te verweven’ (nrc Handelsblad). Annemie Leysen noemt als minpuntje dat het verhaal af en toe vaart mist, omdat Zwigtman ‘zich weleens overdadig [laat] drijven op haar eigen welsprekendheid’ (De Morgen). Volgens Jinke Obbema heeft de gedetailleerdheid een functie voor het verhaal: ‘In dit, als een klassieke, langdradige, negentiende-eeuwse roman opgebouwde verhaal wil Zwigtman samen met de lezer doordringen in het hoofd en de gevoelens van Adrian. [-] Alleen nauwgezette analyse leidt tot begrip - en misschien ook tot medeleven. Dat is de filosofie van de schrijfster. Een oordeel zullen we van haar niet krijgen, zelfs niet impliciet’ (Vrij Nederland). Op een oordeel zitten volgens Pjotr van Lenteren vijftienjarigen ook niet te wachten. Zij willen ‘kennismaken met het echte leven’. Van
| |
| |
Lenteren noemt Schijnbewegingen ‘de indrukwekkendste homoroman sinds Je moet dansen op mijn graf van de Brit Aidan Chambers’ en ‘een meesterwerk van internationale allure’ (de Volkskrant).
| |
Bibliografie
Jeugdboeken
|
Spelregels; het verhaal van een middeleeuws huwelijk. Baarn, De Fontein, 2001. |
Wolfsroedel. Baarn, De Fontein, 2002. |
Schijnbewegingen. Baarn, De Fontein, 2005. |
Over Floortje Zwigtman
|
Judith Eiselin, Opgescheept met elkaar tot het einde. In: nrc Handelsblad, 23-3-2001. |
Peter de Boer, Niet verliefd, maar wel getrouwd. In: Trouw, 31-3-2001. |
Geert De Brabander, Spelregels. Het verhaal van een middeleeuws huwelijk. In: Leesidee jeugdliteratuur, jaargang 7 (2001), nr. 4, blz. 180. |
Judith Eiselin, De broertjes haten elkaar. In: nrc Handelsblad, 21-6-2002. |
Marieke Henselmans, Geweld voor kinderen. In: de Volkskrant, 2-8-2002. |
Floortje Zwigtman, Kinderen moeten het kwaad in zichzelf leren kennen. In: de Volkskrant, 13-8-2002. (Reactie op recensie Henselmans.) |
Pjotr van Lenteren, Geweld voor kinderen. In: de Volkskrant, 2-8-2002. |
Judith Eiselin, Het kwaad in jezelf. Gesprek met kinderboekenschrijfster Floortje Zwigtman. In: nrc Handelsblad, 27-9-2002. |
Vanessa Joosen, Wolfsroedel. In: Leesidee jeugdliteratuur, jaargang 8 (2002), nr. 7, blz. 313. |
Ruud Kraaijeveld, Floortje Zwigman. Spelregels. In: Jeugdboeken 2001. Voor lezers van 12 tot 16 jaar. Samenvattingen en besprekingen. Arnhem, Ellessy, 2002, blz. 122-130. |
Pjotr van Lenteren, Floortje Zwigtman: ‘Alsof ik een misdaad had gepleegd’. In: de Volkskrant, 11-4-2003. (Interview) |
Lieke van Duin, Wolfsroedel van Floortje Zwigtman. Magistrale jeugdliteratuur over het ontstaan van geweld. In: Literatuur zonder leeftijd, jaargang 17 (2003), nr. 60, blz. 40-48. |
Bea Ros, De wolf in het hart van de mens. In: Didaktief & school, 1-5-2003. |
Hennie Walgemoed, ‘De mens is de mens een wolf. In: Reformatorisch Dagblad, 22-10-2003. |
Floortje Zwigtman, Vermomd verleden. Rituelen van liefde en haat. In: Piet Mooren, Jeanne Kurvers en Helma van Lierop-Debrauwer, De mondige jeugdliteratuur. Over raakvlakken van jeugdliteratuur en volkscultuur. Leidschendam, Biblion Uitgeverij, 2004, blz. 169-182. |
Floortje Zwigtman. In: Jan van Coillie e.a. (red.): Encyclopedie van de jeugdliteratuur. Baarn, De Fontein; Groningen, Wolters-Noordhoff, 2004, blz. 374. |
Pjotr van Lenteren, Een jongenshoer in Soho. In: de Volkskrant, 18-3-2005. |
Maartje Dammers, Interview met Floortje Zwigtman: ‘De sterren en de goot’. In: Kidsweek, 25-3-2005. |
Karel Berkhout, Dwepen met decadenten. Met Floortje Zwigtman op een lange reis door Soho. In: nrc Handelsblad, 25-3-2005. |
Annemie Leysen, De purperen hofhouding van Oscar Wilde. In: De Morgen, 30-3-2005. |
Marita Vermeulen, Leven in onzekerheid. In: de leeswelp, jaargang 11 (2005), nr. 3, blz. 98-100. [Interview] |
Jinke Obbema, Ongenadig intiem. In: Vrij Nederland, 2-4-2005. |
Bea Ros, Een zuivere ziel in Soho. In: Didaktief, 1-5-2005. |
Mirjam Noorduijn, Victoriaanse demi-monde. In: De Groene Amsterdammer, 28-10-2005. |
| |
| |
Peter van den Hoven, [Over Schijnbewegingen]. In: Vernieuwing, jaargang 64, nr. 8/9, blz. 44-45. |
Bas Maliepaard, ‘Meer bieden van alleen verhalen over verliefde brugklassers’. In: Trouw, 21-4-2006. (Interview) |
Pjotr van Lenteren, Zwigtman schuwt geen enkel taboe. In: de Volkskrant, 20-4-2006. |
Websites
|
www.leesplein.nl |
72 Lexicon jeugdliteratuur
oktober 2006
|
|