| |
| |
| |
Robert Swindells
door Karen Ghonem-Woets
Robert Swindells is geboren op 20 maart 1939 in Bradford, Engeland. Van 1957 tot 1961 was hij piloot bij de Engelse luchtmacht. Daarna had hij verschillende baantjes, onder meer bij kranten. Vanaf 1969 volgde hij een lerarenopleiding. Tot het eind van de jaren zeventig werkte hij in het basisonderwijs. In 1986 ging hij studeren aan de universiteit van Bradford, waar hij in 1987 afstudeerde in ‘peace studies’ (vredesvraagstukken).
Zijn eerste jeugdboek verscheen in 1973. In de jaren tachtig werd hij fulltime schrijver. In die jaren vertaalde hij ook de ‘Alfie’-boeken van Gunilla Bergström. Hij ontving voor zijn werk verscheidene prijzen. Voor Brother in the land (1984) kreeg hij The Childrens Book Award, The Other Award én een eervolle vermelding voor de Carnegie Medal. Voor Room 13 (1989) kreeg hij ook de Childrens Book Award. Voor Stone cold (1993) ontving hij de Carnegie Award for Children's Literature.
| |
Werk
Swindells schrijft fictie voor jongeren van diverse leeftijden en in diverse genres, zoals adolescentenromans, verhalenbundels, verhalen op rijm en prentenboeken. Het werk dat van hem vanaf 1986 in het Nederlands vertaald werd, richt zich voornamelijk op lezers vanaf een jaar of twaalf.
Swindells wil zijn jeugdige lezers vooral amuseren en hen het plezier in lezen laten ontdekken. Daarnaast heeft hij nog een andere boodschap, waar zijn achtergrond als leerkracht en zijn latere studie toe hebben bijgedragen: ‘we zijn allemaal verantwoordelijk voor elkaar en we moeten ons ook zo gedragen door elkaar geen schade te berokkenen.’ Zijn boeken gaan over de schade die we elkaar juist wel berokkenen, en hoe we ons daartegen teweer kunnen stellen.
| |
| |
De thema's in zijn werk hebben voornamelijk te maken met de vernietiging en vervuiling van het milieu (kernramp, dumpen van afval) en de manier waarop mensen macht over elkaar hebben en macht misbruiken (kinderarbeid, sekten, pesten, discriminatie). Het genre dat Swindells gebruikt om deze thema's uit te diepen is het realistische verhaal, gecombineerd met elementen uit het avonturen-, detective-, griezel-, historische of science fictionverhaal. Realistisch zijn de jeugdige hoofdpersonen - die herkenbaar zijn in wat ze voelen en wat ze doen, ook als is wat ze meemaken niet zo gewoon -, en de context van het gezin, de school en de Engelse omgeving. Om de verhalen spannend te maken gebruikt Swindells vaak de vorm van het per hoofdstuk wisselende perspectief.
Over het milieu gaan de detectiveachtige verhalen over het B-team, de science fiction-achtige verhalen De duizend ogen van de nacht en Hydra, en Narrenspel. In de boeken over het B-team (Het wenende woud, Heibel rond de kikkerpoel, Een huis vol spoken en Gegijzeld) strijden vier kinderen en hun hond voor het behoud van hun omgeving. Dit doen ze door onder andere actie te voeren tegen de drooglegging van een kikkerpoel en voor milieuvriendelijke vormen van energiewinning. In De duizend ogen van de nacht en Hydra wordt de wereld bedreigd door buitenaardse wezens. In het eerstgenoemde boek zijn dat ogenschijnlijk gewone muizen, die de mensen de stuipen op het lijf jagen. In Hydra gaat het over monsterlijke dieren die uit de ruimte zijn meegenomen en die door een onderzoekster in het geheim in een oude schuur worden bestudeerd. In de omgeving gebeuren vreemde dingen. Men heeft bijvoorbeeld een cirkel van platgetrapt koren gevonden. Twee kinderen ontdekken dat die cirkel en de mysterieuze ruimtewezens wel eens iets met elkaar te maken zouden kunnen hebben. In Narrenspel voert Lucy samen met haar moeder en andere vrouwen actie tegen het dumpen van kernafval. Het verhaal lijkt in eerste instantie een realistisch verhaal, maar is vooral een verhaal over de bijzondere, helderziende gave waarover Lucy beschikt: ze ‘ziet’ personen uit het verleden. Gaandeweg wordt duidelijk wat het verband is tussen deze personen en de gebeurtenissen in het heden.
Bijzondere gaven en verschijnselen spelen ook een belangrijke rol in Een schim in de mist, Blauwe nachtmerrie en De magische cirkel. In Een schim in de mist ziet Tim steeds de schim van een al lang geleden overleden familielid. De man blijkt een broer van de beroemde schrijfsters Emily en Charlotte Brontë te zijn. Blauwe nachtmerrie verwijst naar The Strange Case of Dr. Jekyll and Mr. Hyde (1886) van R.L. Stevenson, het verhaal over de Londense dokter Jekyll die aan het eind van de negentiende eeuw een crimineel alter ego schiep onder de naam Mister Hyde. Als Jacqueline - haar achternaam is ‘toevallig’ Hyde - aan een flesje heeft gesnoven
| |
| |
dat ze op zolder bij haar oma heeft gevonden, verandert ze tijdelijk van een braaf meisje in een stout meisje dat alles durft. Aan het eind van het verhaal wordt gesuggereerd dat dokter Jekyll zijn laboratorium in oma's huis heeft gehad. In De magische cirkel is Sofie heel gelukkig met haar rondtrekkende hippieouders, maar anderen betitelen de familie als zigeuners en dieven. Het meisje weet hoe ze door het lopen van een cirkel onzichtbaar moet worden, en leert dat ook aan haar nieuwe vrienden. In het detective-achtige verhaal vormen zij een bende die zich voorneemt de kunstroof op te lossen waar Sofie's vader van beschuldigd dreigt te worden.
Over macht en machtsmisbruik gaan het historische verhaal Vlucht uit de duisternis en de verhalen over hedendaagse problemen die vooral vanaf de tweede helft van de jaren negentig verschenen.
In Vlucht uit de duisternis worden twee jongens in het begin van de negentiende eeuw gedwongen om in een mijn te werken. Daar ontdekken ze dat er gelukkig ook mensen bestaan die opkomen voor de rechten van kinderen en actie ondernemen tegen dit soort kinderarbeid.
Laarzen voor de doden is een vreemd, luguber, en soms zelfs grappig verhaal over een man die niet van daklozen houdt en een jongen die wegloopt en dakloos raakt na een ruzie met zijn moeder en stiefvader. Het lugubere in het verhaal is wat de man, een ex-militair,
Omslag: Lieve De Becker
met daklozen doet. Hij neemt ze mee naar zijn huis, vermoordt hen en verstopt de lijken onder de vloer. Daar liggen ze netjes ‘in het gelid’ met soldatenlaarzen aan. Het grappige zit in de manier waarop de man over zichzelf praat, en ook in de beschrijvingen van de avonturen van de jongen die als zwerver steeds om een plekje moet vechten. De climax in het verhaal is de onvermijdelijke ontmoeting tussen de jongen en de gestoorde man.
In De ongelovige en Het gruwelijke geheim komen twee meisjes in verzet
| |
| |
tegen de beperkingen die hun door hun ouders worden opgelegd vanuit een geloof dat door een religieuze sekte gepredikt wordt. In Afdokken! terroriseert een ogenschijnlijk respectabele dorpsbewoner de schoolgaande jeugd door hen een bepaald percentage van hun met bijbaantjes verdiende geld af te troggelen. Hieraan komt een eind als ze zich durven te organiseren en te verzetten. In Smash! groeien twee vrienden, de Engelse Stephen en de Pakistaanse Ashraf, uit elkaar na een racistisch incident waarbij een Pakistaans meisje mishandeld wordt door blanke jongens. Zonder dat ze er aanvankelijk erg in hebben, gaan de jongens steeds meer denken in termen van wij versus hen en in termen van strijd tussen groepen om een eigen territorium. De jongens worden beiden lid van een extremistische groep en raken bij een actie gewond. Pas als ze naast elkaar in het ziekenhuis liggen, is er kans op een hernieuwde vriendschap.
| |
Als de bom barst
Swindells' meest bekroonde boek, oorspronkelijk verschenen onder de titel Broeder in de aarde, beschrijft de gevolgen van een kernaanval op Engeland. De jonge Danny vertelt hoe hij overleeft in een ‘landschap van giftige verlatenheid’ waarin alles is verwoest en waarin nauwelijks eten of onderdak te vinden is. Hij verliest zijn ouders kort na elkaar en moet met zijn broertje Ben zien te overleven. In het begin koestert hij nog hoop dat er snel hulp komt, maar zijn verwachtingen over de gebeurtenissen na een kernramp, die gebaseerd zijn op films en boeken, komen niet uit. De wereld lijkt totaal veranderd: er ontstaat een andere sociale orde en de vertrouwde waarden en normen zijn verdwenen. Danny sluit vriendschap met Kim, een meisje dat zich sneller aan de nieuwe realiteit lijkt te hebben aangepast. Zij zegt: ‘Gentlemen bestaan niet meer. Holbewoners zijn nu de baas’. Toch doet Danny zijn uiterste best om geen ‘holbewoner’ te worden en om overeind te blijven in de nieuwe oorlog die gevoerd wordt om te overleven.
De gruwelijke gevolgen van een kernaanval zijn na Hiroshima en Nagasaki bekend, maar Swindells maakt de gevolgen duidelijk aan de hand van een verhaal dat dichter bij huis speelt. Hoewel het verhaal zelf niet hoopvol is, wil Swindells de lezers niet alleen waarschuwen voor een kernoorlog maar hun ook duidelijk maken dat ze niet machteloos staan, getuige zijn voorwoord in Als de bom barst. Hij zegt daarin onder andere: ‘Daarom is het onze taak de handen in elkaar te slaan met mensen van over de hele wereld. Dan hoeven we misschien eindelijk niet meer bang te zijn voor elkaar [-]. Nucleaire wapens mogen dan machtig zijn, niets is zo machtig als alle mensen samen. Ik vertrouw erop dat iedereen die vrede wil, zich binnenkort zal verenigen om oorlogvoerders en hun vernietigende bommen te bannen, en dat het precies jouw generatie zal zijn die
| |
| |
met die prachtige revolutie zal beginnen’.
| |
Waardering
In Engeland krijgt Swindells' werk veel aandacht in de vorm van prijzen en besprekingen in de literaire kritiek en in (jeugd-)literatuurgeschiedenissen. In Nederland en Vlaanderen is er geen aandacht voor zijn werk in de dag- en weekbladen. In overzichtsgidsen als de gids Boek en Jeugd en de Vlaamse pendant hiervan wordt een aantal titels besproken. Over het algemeen is men hierin positief over de spannende verteltrant en minder positief over de vertalingen (‘stroef’ of ‘slordig’) en de doorgaans niet zo ‘happy endings’, die overigens kenmerkend zijn voor Swindells' werk.
| |
Bibliografie
Jeugdboeken
|
When darkness comes (1973): De strijd van Morg. Met illustraties van Jan Wesseling. Vertaald door Rika Vliek. Kampen, La Rivière & Voorhoeve, 1988. |
The very special baby (1977): Een zeer speciale baby. Met illustraties van Victor Ambrus. Vertaald door Floor Jonkers. Hoorn, Westfriesland, 1981. |
Voyage to Valhalla (1977): Reis naar Walhalla. Met illustraties van Kees van Scherpenzeel. Vertaald door Rika Vliek. Den Haag, Omniboek, 1986. |
Brother in the land (1984): Broeder in de aarde. Vertaald door Luc Devroye. Leuven, Infodok, 1987. (De tweede, volledig herziene uitgave is verschenen onder de titel Als de bom barst, 1996.) |
The thousand eyes of night (1985): De duizend ogen van de nacht. Met illustraties van Jan Wesseling. Vertaald door Rika Vliek. Kampen, La Rivière & Voorhoeve, 1986. |
Staying up (1986): Een kwestie van overleven. Vertaald door Luc Devroye. Leuven, Infodok, 1989. |
A candle in the dark (1987): Vlucht uit de duisternis. Met illustraties van Kris Nauwelaerts. Vertaald door Luc Devroye. Leuven, Infodok, 1991. |
A serpent's tooth (1988): Narrenspel. Vertaald door Griet van Raemdonck. Leuven, Infodok, 1990. |
Follow a shadow (1989): Een schim in de mist. Vertaald door Paul van Damme. Leuven, Davidsfonds/Infodok, 1992. |
Room 13 (1989): Kamer 13. Vertaald door Christine Dury. Leuven, Davidsfonds/Infodok, 1992. |
Daz 4 Zoe (1990): Getto van de angst. Vertaald door Paul van Damme. Leuven, Davidsfonds/Infodok, 1993. |
Hydra (1991): Hydra. Met illustraties van Mark Robertson. Vertaald door Ingrid Quix. Mechelen, Bakermat, 1992. |
Inside the worm (1993): De draak van Elsworth. Vertaald door Christine Dury. Leuven, Davidsfonds/Infodok, 1993. |
Stone cold (1993): Laarzen voor de doden. Vertaald door Paul van Damme. Leuven, Davidsfonds/Infodok, 1994. |
The secret of weeping wood (1993): Het wenende woud. Vertaald door Ingrid Quix. Mechelen, Bakermat, 1994. |
We didn 't mean to, honest! (1994): Heibel rond de kikkerpoel. Vertaald door Ingrid Quix. Mechelen, Bakermat, 1994. |
Kidnap at Denton Farm (1994): Gegijzeld. Vertaald door Ingrid Quix. Mechelen, Bakermat, 1995. |
The ghosts of Givenham Keep (1995): Een huis vol spoken. Vertaald door Ingrid Quix. Mechelen, Bakermat, 1995. |
Unbeliever (1995): De ongelovige. Vertaald door Karel Verleyen. Leuven, Davidsfonds/Infodok, 1997. |
Jacqueline Hyde (1996): Blauwe nachtmerrie. Vertaald door Karel Verleyen. Leuven, Davidsfonds/Infodok, 1998. |
Smash! (1997): Smash! Vertaald door Griet Claerhout. Averbode, Altiora Averbode, 1998. |
Abomination (1998): Het gruwelijke geheim. Vertaald door Ineke de Boer. Aartselaar, Deltas, 1999. |
Invisible! (1999): De magische cirkel. Vertaald door Ineke de Boer. Aartselaar, Deltas, 2000. |
| |
| |
Dosh! (1999): Afdokken! Vertaald dor Griet Claerhout. Averbode, Altiora Averbode, 2000. |
The Orchard book of Egyptian gods and pharao's (2000): Egyptische goden en farao's. Verhalen en mythen. Samen met Stephen Lambert (illustraties). Vertaald door Andrea Princen-Hagen. Zeist, Christofoor, 2001. |
Over Robert Swindells
|
Myles McDowell in: Tracy Chevalier (ed.), Twentieth-century children's writers. Chicago/London, St James Press, 1989 (3e druk), blz. 941-942. |
Karen Ghonem-Woets in: Marita de Sterck, Herman Kakebeeke en Ed Franck (red.), Schrijver gevonden. Encyclopedie van de jeugdliteratuur. Tielt, Lannoo / Den Haag, Biblion, 1999, blz. 291-292. |
Julia Eccleshare, Teenage Fiction: Realism, Romances, Contemporary Problem Novels. In: Peter Hunt, Sheila Ray (ed.), International Companion Encyclopedia of Children's Literature. London/New York, Routledge, 1996, blz. 387-396. |
59 Lexicon jeugdliteratuur
juni 2002
|
|