hoe ze 't toch vooral niet moeten doen.’ (Als voorstander van spellingshervorming gebruikte Rombouts de zogenaamde ‘lik-spelling’.)
Besteedt hij in dit artikel veel aandacht aan de esthetische ontwikkeling bij kinderen door spontane vreugde over iets moois, in zijn latere publikaties legt Rombouts de nadruk op andere zaken. In 1924 nam hij het initiatief voor de oprichting van een Keurraad van Roomse Jeugdlectuur. In zijn brochure Wat laat ik m'n kinderen lezen? (1925) formuleert hij onder meer de volgende eisen:
‘1. Het godsdienstig-zedelike is bij een jeugdboek steeds het voornaamste; pas op de tweede plaats komt het esteties of kunstgehalte.
2. Te veroordelen is ieder boek met heidense, anti- of onroomse sfeer. Dus ook het neutrale, al is de strekking overigens goed.’
Net als de meeste niet-katholieke pedagogen wijst hij bovendien kinderboeken af ‘als een of andere hartstocht, b.v. haat, afgunst, gierigheid, eerzucht enz., er sterk in spreekt en later niet door goede leiding of flinkheid van eigen karakter wordt overwonnen’; of ‘als ze verruwend werken door het milieu, door platte of onbehoorlike woorden of uitdrukkingen’.
De boeken die aan deze eisen voldeden, werden voorzien van een stempeltje van de Keurraad. Tot in de jaren zestig mochten in katholieke scholen en internaten alleen boeken gelezen worden die zo'n stempel hadden. Wel werden de eisen geleidelijk aan verzacht.
Regelmatig werd een gids uitgegeven van goedgekeurde kinderboeken, de Rafaëlcatalogus, die voor het eerst in 1925 verscheen; de volgende afleveringen hadden de ondertitel ‘Boeken veroveren de jeugd’. Vanaf 1960 werd de Rafaëlcatalogus niet meer door de Keurraad samengesteld, maar - in opdracht van het Katholiek Lectuurcentrum - door de Stichting Informatiedienst Inzake Lectuur (Idil). In totaal is deze catalogus 18 maal verschenen, voor het laatst in 1969.
Rombouts beperkte zich in zijn activiteiten niet tot het beoordelen van boeken, maar riep de broeders en zusters van andere congregaties ook op tot het schrijven van katholieke leesboeken. In het archief van uitgeverij Zwijsen en het fraterhuis in Tilburg zijn de resultaten hiervan nog te vinden. Boekhandelaren wist hij te bewegen tot inrichting van een hoekje met roomse kinderboeken. Ook stelde hij een reizende tentoonstelling van goede kinderboeken samen.
Het werk van frater Sigebertus Rombouts heeft gedurende 50 jaar grote invloed gehad op het katholieke onderwijs in Nederland. Mede door zijn toedoen is de lees- en leefwereld van de katholieke kinderen lange tijd zeer gesloten en bekrompen gebleven. Met name bij de parochiale jeugdbibliotheken en in de schoolleesboekjes was dit merkbaar.