Veelderhande schriftuerlicke nieuwe liedekens, vermaninghen, leeringhen, ghebeden ende lofsanghen
(1598)–Leenaert Clock– AuteursrechtvrijHet Ciiij. Liedeken.Op de wijse: Ick lijd’ int hert pijn onghewoon.HeerlijckGa naar margenoot+
Der Weerelt ghy toont schoonGa naar margenoot+
Voor s’Menschen ooghen,
Ghy doet verhooghen
Ghelijck
Een dwaes, verstaet den toon,Ga naar margenoot+
Is hy bedroghen,
Die sijn vermoghen
Aen u nu leyt in sijne jonghe daghen,Ga naar margenoot+
Het is my wel gheseyt,
In wat groot leytGa naar margenoot+
Men comt in eeuwicheyt
Door u behaghen.
Aen u
Wil ick mijn jonghe jeucht
Niet gaen verhanghen,
Dan mijne ganghen
Recht nu
Begheven tot der deucht,Ga naar margenoot+
En seer verlanghen
Zijn te ontfanghenGa naar margenoot+
Nu in het lieve ghetal met den vromen,Ga naar margenoot+
Ick bid u mijn Heer,
Siet doch eens neer,
Wilt my, die ick ben teer,
Te helpen comen.
So en
Sal ick niet zijn beschaemtGa naar margenoot+
| |
[pagina 234]
| |
Ga naar margenoot+Tot gheenen tijden,
Maer in mijn strijden
Met den
Ga naar margenoot+Vromen, alsoo’t betaemt,
My seer verblijden,
Wilt doch voor’t glijden
Mijn voeten wel bewaren int oprijsen,
Als ick dit, Heer, bevin,
Salt hert en sin
Ga naar margenoot+V voor dit groot ghewin
Dancken en prijsen.
|
|