Het groote liede-boeck
(1625)–Leenaert Clock– Auteursrechtvrij
[Folio Qq1r]
| |
Op de wyse: Ick roep u, o Hemelsche Vader aen.
GHY VRIENDEN DIE alhier vergadert zijtGa naar margenoot+
Laet ons neerstich betrachten,Ga naar margenoot+
Oft wy oock al te samen onsen tijt,Ga naar margenoot+
Nu waernemen met vlijt, So die Schriftuyr belijt,Ga naar margenoot+
Wt allen onsen crachten.
INT Euangelie vinden wy claerGa naar margenoot+
Hoe dat wy sullen soecken,Ga naar margenoot+
'Trijck Gods als een Coopman voorwaer,
Die uyt trock met ghevaer, Soeckt PeerlenGa naar margenoot+
hier en daer, Costlijck in allen hoecken.
GODT wil oock dat wy om het Hemelrijck,
Laten des weerelts zonden,
En ons oock selve versaken met blijck,Ga naar margenoot+
Laet ons toe sien gelijck, Oft wy sonder beswijckGa naar margenoot+
Aldus worden bevonden.Ga naar margenoot+
OP dat wy des weerelts straffe ontgaenGa naar margenoot+
Moghen en ons verblyden,Ga naar margenoot+
Moeten wy als Abraham heeft ghedaen,Ga naar margenoot+
Ons gheven op die baen, Die leyt ten leven aen,Ga naar margenoot+
Soo voortgaen allen tyden.
MAeR men moet het rijck Gods neerstich voor alGa naar margenoot+
Soecken, salment hier vinden,Ga naar margenoot+
Want wie dat alsoo soeckt hy't vinden sal,Ga naar margenoot+
'Tkint leyt diep inden dal, In die crib in den stal,
Ginck ment in doecken winden.
CVSsen wilt dat nu in ootmoedicheyt,Ga naar margenoot+
Met een herte ghebroken,
Int cuys ghemoet hy hem neder leyt
Wie deur hem tot Godt schreyt, Om t'ontfangenGa naar margenoot+
bereyt, Zijn sijn armen ontloken.
HOF en huys men daerom verlaten moet
| |
[Folio Qq1v]
| |
Dese Peerle te coopen,
Wat batet doch anders den mensch onvroet
Dat hy al 'swerelts goet, Won ende verloor onsoet,
Ga naar margenoot+Sijn ziel, wat helpt sijn loopen.
Ga naar margenoot+VERSAMEN moetment nu vercoopen dan,
Dat men heeft over gheven,
Ga naar margenoot+Niet liever hebben kint, wijf, oft man,
Ga naar margenoot+Christus die seyt hier van, Dat men niet dienen can
Ga naar margenoot+Twee Heeren in dit leven.
Ga naar margenoot+NEEMT DIT TER HERTEN bedenckt u doch wel,
Al ist werck schoon verlaten
Ga naar margenoot+Oft die oogen van overspel, Vry zijn van dat gequel,
Ga naar margenoot+En het begeeren snel
Ga naar margenoot+Zy uytgheblust der maten.
Ga naar margenoot+ALLE giericheyt cleyne nochte groot,
Ga naar margenoot+En moet men meer hantieren
Ga naar margenoot+Die traecheyt en die hoocheyt als den doodt
Ga naar margenoot+Myden dennen aenstoot, En volghen Christum bloot
Ga naar margenoot+Met Christelijcken manieren.
Ga naar margenoot+MET herte, zin en ghemoede soo voort
Ga naar margenoot+Ons nu tot Christum keeren,
Ga naar margenoot+Onse ooren al nae sijn heylich woordt
Ga naar margenoot+Neyghen soo dat behoort, Gehoorsaem met accoort
Ga naar margenoot+Ons schicken t'sijnder eeren.
NAMEN wy dit waer en worden verset,
Ga naar margenoot+In sijn treden ons voeten,
En volghen hem nu soo naer onbelet,
Ga naar margenoot+Volstandich onbesmet, Nu naer sijn nieuwe Wet,
Veel troost soud' ons ontmoeten.
GODs lieve kinderen souden wy zijn,
Hy ons Vader ghepresen,
Sijn Goddelijcke cracht en macht devijn,
Soud' ons beschermen fijn, Van alle druc en pijn
Onse verlossingh wesen.
Ga naar margenoot+GEVEN soud' hy ons die eeuwige vreucht
| |
[Folio Qq2r]
| |
Als wy van hier nu scheyden,Ga naar margenoot+
Op setten die croon der eeren verheucht,Ga naar margenoot+
Dus laet ons van der jeucht, Doch staen naGa naar margenoot+
dese deucht, En ons neerstich bereyden.Ga naar margenoot+
ONSe leven is cort, den tijt snel vergaetGa naar margenoot+
Wy en weten hier genen morghen,Ga naar margenoot+
Laet ons doch nu tot onser zielen baet,
Vertoeven niet te laet, Elck een volg goeden raet,Ga naar margenoot+
En wil sijn ziel versorghen.
T'SAMEN SIIN GHENADE gheeft ons de Heer,Ga naar margenoot+
En hy wilt in ons wercken,
'Tcomt altemael van hem tot sijnder eer,
Wilhy't noch altijdt meer, 'Tis ons hertsen begeer,
In ons alsoo verstercken.Ga naar margenoot+
AMEN soo bidden wy nu int ghemeyn
O Godt wilt ons verhooren,Ga naar margenoot+
Want ghy doch zijt onse toevlucht alleyn,Ga naar margenoot+
Helpt onse cracht is cleyn, Door IesumGa naar margenoot+
Christum reyn, V lief kindt uytvercooren.Ga naar margenoot+
|
|