Het groote liede-boeck
(1625)–Leenaert Clock– AuteursrechtvrijOp de wyse van den 42. Psalm: Als een Hert ghejaecht, o Heere, etc. | |
[Folio M1r]
| |
Ghy al die lust hebt te leven,Ga naar margenoot+
En wenscht goe daghen te sien, Wilt uGa naar margenoot+
tot vrede begheven, Als Gods lieve kindersGa naar margenoot+
fijn, Soeckt hem doch, end' jaecht hem nae,Ga naar margenoot+
Dat ghy niet en comt te spae,Ga naar margenoot+
Met de vijf onwyse Maeghden,Ga naar margenoot+
'Tviel veel te laet dat sy seer claeghden.Ga naar margenoot+
Reyn liefde heeft ons bewesenGa naar margenoot+
Godt in Christo sijn lief kindt, Op dat wyGa naar margenoot+
souden naer desen, T'samen oock so zijn ghesint,Ga naar margenoot+
Dienen hem soo nacht en dach,Ga naar margenoot+
Dus een ellick wat hy mach,Ga naar margenoot+
Verlaet doch des Satans zeden,Ga naar margenoot+
En gheeft hem met Gods volck in vreden.Ga naar margenoot+
Iaecht daer na uyt al u crachten,Ga naar margenoot+
Tot dat ghy hem vindt perfeckt, Wilt nietGa naar margenoot+
op d'onwyse achten, Elck sie toe wat hemGa naar margenoot+
ghebreckt, Eer het licht wordt uytgheblustGa naar margenoot+
Soeckt waer ghy meucht hebben rust,Ga naar margenoot+
Nae Gods wil end' welbehaghen,Ga naar margenoot+
De liefde can all' dinck verdraghen.Ga naar margenoot+
En wilt u doch niet beswaren,
Maer wilt neerstich comen voort, DaerGa naar margenoot+
Gods kinderen vergaren, Om te hooren
Godes woort, Op dat ghy meucht zijn ghesticht,Ga naar margenoot+
Van swackheyt worden verlicht,
Onbeswaert van Menschen vonden,Ga naar margenoot+
Wel die dit nu te recht doorgronden.Ga naar margenoot+
Tot eenen teken waerachtichGa naar margenoot+
Der liefde van dit ghetal, End' oock des
vredens aendachtich, Lieflijck men u kussenGa naar margenoot+
sal, Vrede wordt u toegheseytGa naar margenoot+
Door Christum, hoort dit bescheyt,Ga naar margenoot+
In wiens Naem ghy u liet doopen,Ga naar margenoot+
Om dat ghy in Godt vast soudt hoopen.
Heylich end' rechtveerdich mede,Ga naar margenoot+
| |
[Folio M1v]
| |
Ga naar margenoot+Te leven u leven lanck: Onstraffelijck in den
Ga naar margenoot+vrede, Heerlijck als een vruchtbaer ranck,
Ga naar margenoot+Ghy die dit nu hebt ghesmaeckt,
Ga naar margenoot+End' zijt tot vreden gheraeckt,
Ga naar margenoot+Verheucht en wilt doch verblyden,
Ga naar margenoot+Wijst haer te recht, die gaen bezyden.
Ga naar margenoot+In des Heeren Lusthof schoone,
Ga naar margenoot+Zijnde weder ingheplant, Om t'ontfanghen
Ga naar margenoot+vollen loone, Biedt malcandren doch de hant,
Seght tot elcken mensche saen:
Ga naar margenootaComt end' laet ons t'samen gaen,
Ga naar margenoot+Op 'sHeeren bergh hoogh met namen,
Ga naar margenoot+End' leven in vrede te samen.
Ga naar margenootbEnd' laet u doch niet beletten, Menschen
Ga naar margenoot+troost is haest ghedaen, Maer die haer vreedsamich
Ga naar margenoot+setten, Sullen voor den Heer bestaen,
Ga naar margenoot+Eenen dach niet en vertoeft,
Ga naar margenoot+Die Gods gaef hebben gheproeft
Ga naar margenoot+'Tmoet anders zijn, om verschynen,
Voor Godt, ende ontgaen der pynen.
Ga naar margenoot+Niet en neemt in u ghedachten
Dan 'twoordt Gods u leert eenpaer,
Ga naar margenoot+Voor 'tverleyden wilt u wachten, Die daer
segghen openbaer: Dat de Mensch niet en
vergaet, Die in gheen Ghemeynte staet,
Ga naar margenootcHet zijn al Satans practijcken
Ga naar margenoot+Wel haer, die sulcke leere wijcken.
Ga naar margenoot+VAN den Hemel hoogh hier boven,
Ga naar margenoot+Is ons Gods waerheyt gheleert Niemandt
Ga naar margenoot+laet hem dat beroven, Elck een doe wat Godt
Ga naar margenoot+begeert, Hy wil dat sijn volck ghelijck,
Ga naar margenoot+Eenich zy in synen Rijck:
Ga naar margenoot+En neerstich zijn met betrouwen
Ga naar margenoot+Sulck eenicheyt t'onderhouwen.
Ga naar margenoot+LOON sal een ellick ontfangen,
Ga naar margenoot+Daer na dat hy heeft gheleeft,
| |
[Folio M2r]
| |
En Christo is na gheganghen,Ga naar margenoot+
Soo hy voor gheganghen heeft,Ga naar margenoot+
Sijn ghemeynschap niet verlaet,
'Tis teghen des Heeren raet,
Men moet houden zijn gheboden,Ga naar margenoot+
Dat is alle Menschen van nooden.Ga naar margenoot+
GOD GEEF V DIE Ga naar margenoot+CROON te winnen,
Beyd' te samen, jonck end' oudt: Houdt hetGa naar margenoot+
doch in u versinnen, Dat u de Heere heeft vertrout,Ga naar margenoot+
Ghy zijt steedts in mijn ghedacht,Ga naar margenoot+
Int ghebedt houdt goede wachtGa naar margenoot+
En bidt den Heer der heyrscharen,Ga naar margenoot+
Dat wy moghen in vreuchd' vergaren.
|
|