Toortsen(1909)–René de Clercq– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 49] [p. 49] XXVII. Als een sterke man. Als een sterke man die vol trotsche vreugd Veel kindren zag gaan uit de kracht van zijn jeugd, En plots, om een krankheid, een ongeluk, Zijn bloeienden heerschstaf, geknakt tot een kruk, Onder de okselkens schuift van een kreuple uit zijn kroost, Hij aait het wel dubbel dat kind, en troost, Maar hij snikt op zijn bed en wenscht in zijn hart Dat schepselken ongeboren - Smart! Zoo lijdt nu de Dichter, hij, stout van stap, Om den treurigen gang van ons jongelingschap. Zijn liefde groeit, arm volk, met uw nood, En hij wenscht in zijn hart u groot of dood. O Vlaanderland, daar is schuld in uw schand, Des grijpt die u liefheeft den geesel ter hand, En slaat u, en slaat zich terzelfdertijd, Als een vader doet die zijn kind kastijdt. Vorige Volgende