Meidoorn(1925)–René de Clercq– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 64] [p. 64] Ik hoorde mijne ziele groeien Ik hoorde mijne ziele groeien, te nacht, te nacht. Dat was een spruiten, was een bloeien, Dat zong zoo zacht. Ik hoorde mijne ziele groeien, te nacht, te nacht. Dat werd een ruischen, werd een loeien. een storm van kracht. Ik had geen leed, ik had geen zorgen, te nacht, te nacht. Toen ik ontwaakte heeft de morgen dit lied gebracht. Vorige Volgende