Echo's(1900)–René de Clercq– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 18] [p. 18] Plat Koren. Al morgen en al licht... Over wegen, over voren, ligt het platgeslegen koren, weerloos op zijn aangezicht. Stil, stam op stam, en aarke op aarke! Zacht leest het windje een zilverdrop, van 't zwaarbeladen hoofdjen op; doch nergens roert een haarke. Kijk, daar steekt een blauwe blom haar kroezelkopke tusschen; ginds nog een, nog, [pagina 19] [p. 19] zoo vele, en.. och, zoo dik als naalden op een kussen. En in èn uit, en omendom fliefladdrend vliegt en kriept en klaagt, en gekt en liegt een bende grauwe musschen.... Maar, wie toch zit en leeuwerikt zoo tijdig ginder boven? Hij liereliert en wiekewikt, aardmijdig opgestoven; hij klimt en kleint, hij blinkt, en blikt half nijdig in den zonnenoven..... De hemel brandt, en alles ligt te stoven. Vorige Volgende