112. De Heiligen van het doodslaan.
Sint Michael en Sint George doen, waarschijnlijk uit een passend gevoel van schaamte, nog net of zij tegen niet-bestaand lelijk kruipend gedierte tekeergaan, maar daar zijn ook Sint Maurits, Sint Victor, Sint Eustachius en Sint Proculus. Zij paraderen ronduit als militaire doodslagers. De laatstgenoemde houdt, godbetere, op sommige afbeeldingen een mensenhoofd in de hand, en dat is dan niet zijn eigen hoofd, wat een heilige martelaar nog niet zou misstaan, maar het hoofd van een tegenstander. Dit laatste ontleen ik aan J.R. Hale, hem wil ik citeren wanneer hij het in War and Public Opinion in Renaissance Italy over een soldaat heeft, die - afgezien van enige andere inkonveniënten ergens tussen zijn benen - met de pest in uit de oorlog in Venetië terugkwam. ‘For whom war was still a glamorous opportunity to show how the cortegiano should behave in action; brave, corteous, lovesmitten, able to dash off a sonnet when there was a lull in the fighting and, with an eye cocked shrewdly at present promotion and future fame, indulging in self-advertisement. For his class, warfare presented a series of splendid and legitimate opportunities for the individual to shine and show his worth.’
De fransen lieten de italianen zien hoe je oorlog moest voeren; bij de verwoesting van Firrizzano, in hun opmars in Toskane en Napels, waar zij voordat zij de steden in brand staken, de bevolking uitmoordden. Er zullen wel enkele gekken zijn die deze volgorde van betekenis vinden: de moordenaars zouden willen voorkomen dat de lieve stedelingen hun stad in vlammen zouden zien opgaan. De bloeddorst van de fransen en hun zwitserse geallieerden na 1494 en die van de spanjaarden na 1503 werd alleen nog maar overtroffen door die van de duitsers na 1509, die zwelgden in het verkrachten en doodsteken (eerst het ene, dan het andere, zo gek zijn zij nu ook weer niet, die rotmoffen), roven en verbranden.
Hoe kwam het dat die italianen, die toch anderhalf duizend jaar eerder als te vroeg geboren fascisten de toen bekende