Maechden-plicht ofte ampt der ionkvrouwen, in eerbaer liefde, aen-ghewesen door sinne-beelden(1618)–Jacob Cats– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [Folio **1r] [fol. **1r] Lof-dicht ter eeren vanden hooch-gheeleerden d. Iacob Cats. Op sijn Maechden-plicht. EEN die onlangs heeft gestreken, In't vvel-spreken, Prijs en eer in Themis hof, Heeft Apollo nu verheven, En ghegeven, Oock in't rijmen grooten lof. Hy heeft langh en veel ghestreden, Met sijn reden, Voor het recht en billicheyt; Maer nu gaet hy Phoebo vieren, En vercieren Onse jeught met zedicheyt. Om de Maeghden dan te stichten, Ginck hy dichten Dese Ionghe-Dochters-plicht; En, met koddich T'samen-spreken, Gheeft hy streken, Daer vermaeck en leer' in licht. D'een is jonck, en onbesneden, In haer seden, VV at te dertel tot de min; D'ander rijp, van deucht en jaren Tracht te paren. Meter Eer, en Ouders zin. 't Js onnoodich meer te soucken, Geyle boucken, Valentijn, of Amadijs, ANNA sal u beter leeren, 't Heusch verkeeren, Door haer deuchsaem onder-vvijs. Themis moet haer Tael-man geven, Destich leven, Om sijn uyt-spraeck, vol gevvicht. Phoebus moet, met Lauren-croonen, Hem beloonen; Om sijn Gheest, en aer dich Dicht. Vorige Volgende