Voorwoord
Deze uitgave werd mogelijk gemaakt door subsidie van Z.W.O., waarvoor ik zeer erkentelijk ben.
Mijn dank betuig ik voorts aan allen die mij op enigerlei wijze bij de bewerking van de stof en de samenstelling van dit boek van dienst zijn geweest; in het bijzonder: drs. R. Haadsma die mij hielp bij de interpretatie van de oudfranse teksten, dr. R. ten Kate voor zijn aanwijzingen betreffende de middeleeuws latijnse bronnen, prof. dr. H. Schulte Nordholt die mij attent maakte op de vertaling van Piccolomini's liefdesverhaal, en het personeel van het Nederlands Instituut te Groningen onder leiding van Mevrouw M. van Royen en drs. H.P.A. Oskamp voor de samenstelling van de woordenlijst en de zorgvuldige behandeling van manuscript en drukproeven.
Na de voltooiing van mijn bronnenstudie deelde Dr. J.R. Smeets te Leiden mij mee, dat hij een tot nu toe onbekende versie van het P. en T. verhaal in oudfranse verzen had ontdekt, die hij binnenkort hoopt te publiceren. Ik heb deze tekst, die dicht aansluit bij Ovidius, niet in mijn vergelijkingen kunnen betrekken. Invloed op het ontstaan van de middelnederlandse spelen is niet waarschijnlijk.
Groningen, september 1964.