als ik zach dat men medelyden met my had, als wanneer men my uitlachtte: en die menschen, die medelyden hebben, zyn dunkt my ook veel beminnelyker, als zy, die ons kunnen zien schreiën zonder ook bedroeft te weezen. Emilia zoude mede my beklaagen als onze kat myn çysje op at, want zy is een goed Meisje.’
Maar Wimpje ik moet u een raad geeven. 't Begin van uwen brief is te verschrikkend; het ontstelde my: ik dacht voor 't minst dat Emilia zich zwaar gekwetst had. Al had zy haar Vader of Moeder, of een van haare Broeders verlooren gehad, zoud gy geen grooter ophef hebben kunnen maaken. - Had gy terstond gezegt, de mooye, de lieve Kanaryvogel van Emilia is door de Kat opgegeeten, het had my gesmart, maar het zou my zoo niet hebben doen ontroeren. Leer in zulke gevallen in het vervolg voorzichtiger te zyn.
Ik zende u hier by eenig zakgeld. Ik wenschte dat het meer kon weezen. Gy verdient het, want Mevrouw Grandisson schryft my, dat gy spaarzaam zyt, en zin-