hebbe. - De Heer Falston is eergierig: 't zou hem gesmart hebben een geschenk te moeten ontfangen: Ik gaf hem dus het Bankbriefje als ter leen, met byvoeging, dat hy het kon te rug geeven, wanneer het hem behaagde. Hy wilde my toen eene handtekening geeven; doch ik verscheurde dezelve in zyn byzyn, waar uit hy wel kost besluiten, dat het hem nooit weer zoude opgeëischt worden. Als ik het hem op eene andere wys gegeeven hadde, zou het geweest zyn als een Aalmoes, en dat is, dunkt my beledigend voor een Man als hy. Had ik het stil in zyne Snuifdoos kunnen leggen, dat had beter geweest, dan had hy zelf niet geweeten van wien het kwam, maar ik vond daar toe geene gelegenheid.
De Heer Bartlet komt morgen, en dewyl gy ons vergunt hebt om somtyds met de Kales uit te ryden, zullen wy dien waarden Vriend op halfweegen gaan afhaalen. - Ik kusse u eerbiedig de hand myn Papa, en verzekere myne dierbaare Mama van myne onderdaanige hoogachtinge.