Aan 't dode front
Om al die laagheid en die narigheid weer te vergeten; en aangezien iedereen het front bezoekt, ben ik, op mijn beurt, ook aan het front geweest. Eerst dacht ik, dat het overbodige moeite was. Het front met al zijn wreedheid en verwoesting, is hier immers naar mij toegekomen. Maar nu ik het échte front gezien heb, denk ik er anders over. Ik ben er reeds driemaal geweest en zal er nog wel meer terugkeren. Het prangt als een obsessie. Het is iets zó overweldigends, dat men het eerst na geruime tijd en herhaalde bezoeken ‘realiseren’ kan.
Ik ben aan het front gekomen op een stille, zonnestralende augustus-ochtend, tussen Menen en Ieperen, op de hoogvlakte van Geluveld. Een leeuwerikje zong, hoog-krinkelend