XXIV
De prachtauto was er, en de meesters reden er voor 't eerst mee uit. Een droom, een ideaal, een verwezenlijkte illusie! Pupkes luxewagen haalde het er niet bij. Gladys wou er dadelijk mee door de stad rijden. Keane stelde voor hem eerst eens langs de weg naar Red Hill te proberen, maar Gladys wilde er niet eens van horen. Neen; direct door 't centrum van de stad en dan even de weg naar Mishawaka op, voorbij het huis van de Pupkes. - 't Zal toch wel gaan, niet waar, Ivan?
- Wel zeker, mevrouw.
Gladys had die namiddag talrijke boodschappen in de stad en ook visites bij vriendinnen af te leggen; en de prachtauto draaide straat in straat uit, door de bevolking aangegaapt. Op het plein vóór de City Hall leek het wel een opstootje en Franklin, die daar van dienst was met nog twee andere mannen moest ruimte maken. Reporters en fotografen kwamen toegesneld en notitieboekjes werden druk bekrabbeld. Op een gegeven ogenblik moesten de tramcars voor het gedrang stoppen.
- Naar Mishawaka! beval Gladys met vastberaden stem.
Onhoorbaar zacht zoemde de prachtwagen weg.
- Langzaam rijden! zei Gladys toen zij de buurt van Pupkes residence naderden.
Zij keken in de ramen, maar niemand was te zien. Gladys deed hoog en Keane kinnebakte zenuwachtig. Zij reden de weg naar Mishawaka op zover die reeds berijdbaar was en sloegen dan rechtsaf, op Longwood. Maar ook die kant uit was niets te zien, evenmin als bij het huis van Pupke, toen zij er weer langs kwamen. Misschien waren de Pupkes nog eens in de richting van Red Hill uitgereden. Gladys stuurde Ivan die weg op maar insgelijks tevergeefs. Het leek wel of de Pupkes van de komst van de nieuwe auto op de hoogte