De bevrijding
En toen kwam op 5 mei 1945 de bevrijding.
In de Nieuwe Kerk kwamen de mensen van het verzet bijeen. De doden werden herdacht. De vrijheid werd gevierd. Er was een sterk verlangen naar een nieuw, misschien nog beter: een vernieuwd Nederland. De laatste zin van de toespraak, die ik in de Nieuwe Kerk hield, was: ‘Het Parool blijve: Trouw aan De Waarheid in Vrij Nederland’.
In de bezettingstijd hadden we onze droom gedroomd. We hoopten in die tijd, dat Gods orde in het bevrijde Nederland meer en wezenlijker aan de dag zou treden dan in ons dode en verzadigde verleden. Wij wilden onder geen voorwaarde de zaak van voor 10 mei 1940 op de oude voet voortzetten. We hadden hunkering naar een menselijker samenleving. We geloofden in een menselijke God, een God, die niet zonder ons mensen God wil zijn. In de strijd tegen het nationaalsocialisme hadden we geleerd, dat volk en staat een zaak van de mens zijn, maar ook, dat de zaak van de mens nooit met volk en staat vereenzelvigd mag worden. In de strijd tegen het nationaalsocialisme ging het niet allereerst om volk en staat, maar om de normen van en voor volk en staat, die voor gisteren, heden en morgen gelden. In ons was de erkenning gegroeid, dat het op de mens aankomt. Wij hadden de mens en het menselijke ontdekt. We wilden, om de woorden van A. Roland Holst te gebruiken, de droom weer verbinden met de straat, en dat niet langs een omweg maar regelrecht. We zochten de mens in ons zelf en rondom ons in de wereld.
Vaak heb ik in de oorlogsjaren gedacht aan wat men mij in de jaren voor de oorlog als verwijt voorhield: Je staat met Jezus op straat! Dat hebben we in de oorlogsjaren geleerd: met Jezus op straat staan!
De vrienden van Thurneysen hebben hem op zijn zeventigste verjaardag een boek aangeboden met als titel: Gottesdienst-Menschendienst. Daar was het ons om te doen, om God te dienen door de mens te dienen, om de mens te dienen door God te dienen. Jezus is de God-mens. We kunnen niet over de mensen spreken zonder over God te spreken. Evenmin kunnen we over God spreken zonder over de mensen te spreken. De een-