Mengelzangen(1717)–Hermanus van den Burg– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 236] [p. 236] Zang. Stemme: Knielend kom ik u ontmoeten. IK ontvlugt voor al' myn' dagen, Uwe laagen, Roozemond; Nimmer vond, nimmer vond Ik een Jongkvrouw, Van zoo weinig trouw. Al die Krullen, en die Strikken, Al die kwikken, Zyn om niet; Yder ziet, yder ziet, Dat gy bemint, Daar g' u 't lest by vind. Al die vryheit, my gegeeven, Van myn leeven, Onbedacht; Ik veracht, ik veracht, Want, gy elk een, Zulleks gunt gemeen. Hondjes, die met yder speelen, Yder streelen, Zyn niet trouw, En een Vrouw, en een Vrouw, Die elk opwacht, Is met recht verdacht. Vorige Volgende