[Wonderlicke Avontuer van twee Goelieven]
76 Wonderlicke Avontuer van twee Goelieven, de eene ghenaemt Sr. VVaterbrandt ende de ander Joufvrouw Wintergroen. Nu onlanghs ghebeurt aen een Jongman die men meende verslaghen te zijn, ende een Jonckvrou, de welcke men meende verdroncken te zijn, maer na duysent avonturen wederom in vreughden zijn te samen ghekomen, mede brengende eenen uyt-nemenden schat van Gout ende Paerlen uyt West-Indien.
Leyden, Nicolaes Geelkerck, 1624.
4o met vignet v.d. titel door N. Geelkerck, 36 blz.
Z. K.B.
Merkwaardige vroege poging tot het schrijven van een oorspronkelijke nederlandse roman.