Z
Zelfcorrectie stijlfiguur waarbij de dichter opzettelijk iets anders zegt dan hij bedoelt om zijn ‘vergissing’ vervolgens met nadruk te kunnen rechtzetten:
De moerbijtoppen ruischten;
Nee, niet voorbij, hij toefde;
De bakker houdt van ons, wij houden van de bakker,
want ach, hij is zo'n lieve, goede Gijs.
Wel dom, maar als hij glimlacht is hij wijs
en maakt een diepe weemoed in ons wakker.
Karel Bralleput ‘De bakker’
Zeugma stijlfiguur waarbij één werkwoord of bijvoeglijk naamwoord betrekking heeft op twee zelfstandige naamwoorden, hoewel het eigenlijk slechts bij een van beide past; of tot elk van de twee in een andere betrekking staat:
straat tot rue santeuil weerom
ga ik op scooters en onzekere benen.
Jan G. Elburg ‘Geen denken aan’
Dikke Dinges was gestorven
in zijn Heer en litjemaux
Willem van Iependaal ‘Dikke Dinges R.I.P.’