Het hoofdstukje van Te Velde over de r&r verdient een nadere analyse. De auteur opent met te stellen dat de popmuziek ontstond in 1954. Zijn bewijsvoering voor dit jaartal is uitermate zwak; voor hetzelfde geld kan men schrijven 1952 of 1956. De invloed die de rockmuziek heeft, is volgens Te Velde meer dan verschrikkelijk: agressie, abortussen, vijftig procent meer zelfmoord, het onrustbarend stijgen van geslachtsziekten enzovoort. Als bron citeert Te Velde onder meer Johan van Gelder's Popmuziek. De bibliografie van Te Velde's boekje leert dat hij Van Gelder's Popmuziek en christendom citeert; en zo'n titel zegt natuurlijk meer dan de onvolledige titelopgave Popmuziek!
r&r richt echter volgens de rechtzinnige auteur nog méér kwaad aan: ‘Drugs, satanaanbidding, het verschijnsel drop-out, homoseksualiteit, [...] aanbidding van de geslachtsorganen, vrije liefde, travestie, motorgangs, geslachtsziekten en duistere praktijken rond het nachtleven.’ Hoe Berlijn en Parijs in de jaren twintig aan een nog veel bruisender en perverser nachtleven kwamen, vertelt de auteur niet. Dit kan, lijkt mij, slechts veroorzaakt zijn door de muziek van Satie, Ravel en Robert Stolz. Verbijsterend is Te Velde's analyse: ‘Het stadsleven met z'n grote minderheidsgroepen in de sloppen en de ghetto's (joden, Ieren, negers, verschopten en verdrukten) heeft ook bijgedragen aan het karakter van de rock and roll [...]. Zo wordt ook min of meer verklaarbaar dat in de r&r - zeker in het begin - een sterke vulgariseringstendens zit: de neiging om zich zowel in de muziek als in woorden plat en grof te uiten.’
Bill Haley krijgt na dit citaat een pluim. Inderdaad heeft Haley het origineel van ‘Shake, rattle and roll’ aangepast omdat het te ‘obsceen’ was. In het origineel van Turner/Calhoun wordt heel vaag gerefereerd aan het vrouwelijk secundair geslachtskenmerk; ik kan daar weinig obsceens in zien. Na Haley breekt Te Velde Elvis af. Hij citeert, zonder er de belachelijkheid van te onderstrepen, de uitspraak: ‘Door de r&r wordt de blanke neergehaald naar het niveau van de neger.’ Ik heb de neiging Te Velde's boekje obsceen te vinden.